maandag 28 februari 2011

DENKTANKS.

ViA (Vlaanderen in Actie) is een initiatief van CD&V en wil zich profileren als het toekomstproject van Vlaanderen. Het doel van ViA is om Vlaanderen tegen 2020 naar de top vijf van Europese regio's te leiden. In de rangschikking van Europese regio’s per BBP (Bruto Binnenlands Product) uitgedrukt, staan we op de 33ste plaats van 131 Europese regio’s (lees ook onze blogbijdrage BELGIE, RIJK LAND). Dat moet beter, hebben de hoofdrolspelers besloten. Dat zijn de Vlaamse overheid, het bedrijfsleven en de werknemersorganisaties. De Vlaamse overheid heeft 335 projecten op stapel en daarvoor ruim 43 miljoen euro veil. En dat moet tegen 2020 nog verhoogd worden door een intensieve reclamecampagne dat georchestreerd wordt het Antwerpse Communicatiebureau Germaine, dat instaat voor de communicatiestrategie. Erg origineel lijkt me hun crossmediaal en interactief communicatieconcept niet: radiospots, affiches, bierviltjes (?), Libelle (??), een ViA-roadshow (???)
Hun website blijkt nog in ontwikkeling, maar toont al aan hoe marketing kan raaskallen. Benieuwd hoeveel van het ViA-budget door Germaine afgesnoept zal worden.
Om terug te keren naar ViA. Dat is dus kennelijk een denktank, die gaat uitdokteren wat er met dit land moet gebeuren. Denktank is slecht Nederlands voor think tank. Het leest cooler dan denkgroep of  werkgroep, wat het in de grond is.
Buigen we ons dus eens over de denktanks.

Definitie en officieuze uitleg

Een `denktank` is volgens het lexicon een organisatie van adviseurs, wetenschappers of commentatoren die zich in een bepaald onderwerp verdiepen en daarover publiceren. Soms gaat het om een kleine groep van vrijwilligers en soms gaan er grote belangen mee gepaard en zijn er forse budgetten beschikbaar. Seminaries en congressen brengen vertegenwoordigers van verschillende denktanks samen die een paar dagen komen debatteren.

Dit is de officiële uitleg. Maar er gaat heel wat meer onder die vlag schuil. We breiden de definitie uit. Een denktank trekt mensen aan van verschillende strekkingen, die samen het concept onderschrijven. Het is dus in feite het verzamelpunt van de beheerders van een netwerkorganisatie.
Als dit netwerk zijn tentakels kan uitstrekken, kan het gaan lobbyen. Het kan de politiek en het bedrijfsleven bewerken en daardoor een stempel op het algemene beleid drukken. Soms gaan ze in tegen de werking van het systeem of andere belangengroepen en moeten ze hun activiteit uit het openbare leven onttrekken. Ze werken dan achter de schermen. Soms lukt het ze erin een politieke kandidaat voor te schuiven. Bekend voorbeeld is de Amerikaanse president Bill Clinton. Ook Silvio Berlusconi, de moderne Mussolini, is het product van dit lobbywerk.
Er zijn heel wat soorten denktanks. Een denktank van een politieke partij of van lobbyisten zien we niet meteen als bedreigend. Maar als hun doelstellingen regelrecht indruisen tegen de democratische principes, krijgen ze het karakter van geheime genootschappen. We beginnen met deze eerste vorm, zakken dan af naar het Europese lobbywerk om te besluiten met de Vlaamse politieke partijen.

Het geheime genootschap

Het prototype van dit soort denktank is de Bilderberg groep. De eerste Bilderberg conferentie werd georganiseerd in 1954 naar aanleiding van de verslechterende relatie tussen de Verenigde Staten van Amerika en Europa, dat een eigen koers wilde varen. Initiatiefnemers waren o.a. de Amerikaanse Pool Jozef Retinger, (vrijmetselaar en socialist en een van de oprichters van de EU en secretaris van de vereniging) Unilever-topman Paul Rijkens (Unilever is één van de meest machtige en grootste multinationals ter wereld, en één van de topbedrijven binnen de Europees kapitalistische economische sector). De financiële adviseur van Unilever is overigens de Amerikaanse investeringsbank Lazard Freres (onder het beheer van Rothschild) welke de financiële privézaken van de rijkste families in de wereld regelt, de Belg Paul van Zeeland (katholieke ex-premier) en prins Bernhard, gemaal van de Nederlandse koningin Juliana en voormalig spion van NW-7 - de geheime dienst van het Duitse (Rothschild/Warburg) chemiebedrijf IG-Farben (de industriële motor achter het Nazi-Duitsland van Adolf Hitler) - als voorzitter.
De leidende raad bestond onder andere uit Robert Ellsworth (Lazard Freres = Rothschild), John Loudon (N.M. Rothschild) Paul Nitze (Schroeder Bank), C.L. Sulzberger (New York Times), Stansfield Turner (hij werd later directeur van de CIA), Daniel Ellsberg (later defensieanalist die werkte via de denktank RAND Corporation voor het Amerikaanse leger, en Henry Kissinger (die ten tijde van Vietnam de aanvallen op Cambodja en Laos goedkeurde). Tot de leden behoort de elite uit de zakenwereld, het bankwezen, de regeringen en de intellectuelen.
Invloedrijke wereldleiders zijn in veel gevallen ook lid van de Trilaterale commissie (TC) en de Council on Foreign  Relations (CFR). Koningin Juliana was lange tijd voorzitter. Er werd van haar gezegd dat zij de rijkste vrouw van de wereld was, (mede door haar partnerschap met Baron Victor Rothschild in Royal Dutch Shell), totdat de groep gereconstrueerd werd.
Prominenten waren of zijn o.a.: de Franse socialistische leider Guy Mollet en Antoine Pinay (eerste minister van de rechtse politieke vleugel. Hij is tevens de man waar de Franse geheime Cercle Pinay naar werd vernoemd, ook bekend als Le Cercle). Ook diplomaten als Pietro Quaroni uit Italië, Panavotis Pipinelis uit Griekenland en de Industrieel Otto Wolff von Amerongen deelden mee. Ole Bjorn Kraft (vroegere Deense minister en uitgever van het grootste dagblad van Denemarken) was ook van de partij, evenals Denis Healey en Hugh Gaitskell van de Engelse Arbeiderspartij, Robert Boothby van de conservatieve partij, en Sir Oliver Franks van de Britse staat.  
Amerikaanse presidenten zoals George H.W. Bush en zoon George W. Bush, en verder David Rockefeller en Jan Peter Balkenende. George Soros (een zeer grote op de beurs en een Rothschild pion) is lid van de Bilderberg groep. Ook Alan Greenspan (Federal Reserve, lid van CFR en de Trilaterale Commissie) evenals zijn voorgangers, is lid van de Bilderberg groep.
Noot over Henry Kissinger: naast lid van de Bilderberg groep was hij ook aangesloten bij de Club van Rome, de Trilaterale Commissie en de Royal Institute of International Affairs (RIIA). Henry Kissinger is ook lid van de Grand Alpine Freemasonry Loge welke de wel zeer bekende Italiaanse P2 Loge onder diens controle had (en waarvan ook de Italiaanse premier Silvio Berlusconi lid was). Het was Henry Kissinger welke herhaaldelijk opriep tot de vorming van een Nieuwe Wereld Orde. Daarover later.
Nog andere Prominente leden uit het verleden en uit het heden van de Bilderberg conferenties zijn ondermeer Giovanni Agnelli, (baas van Fiat en verantwoordelijk voor de ondergang van de Italiaanse vakbondorganisaties), Jessica T. Matthews (President van de Carnegie Endowment for International Peace), James D. Wolfensohn (president van de Wereldbank), Marie Josee Kravis (Hudson Institute) en Jorma Ollilia (Nokia Corp.), Gerhard Schröder (Duitse bondskanselier), en Lord Carrington (voorzitter van de groep en secretaris-generaal van de NAVO), Averell Harriman (lid van Skull&Bones + financier voor het derde rijk en tevens van het Communisme).
Ook veel machtige figuren uit de zakenwereld en de banksector waren en zijn lid. Namen zoals Alfred Sloan (General Motors), David en Nelson Rockefeller, Charles Hook (American Rolling Mills Company), Sir William Wiseman (SIS en partner van Kuhn Loeb, New York Investments Bank), Edmond de Rothschild en James D. Wolfensohn (president van de Wereldbank).
De groep komt vier maal per jaar samen. De bijeenkomsten zijn strikt geheim. Het gebied waar de Bilderbergers elkaar ontmoeten is zwaar beveiligd door de geheime diensten, militairen en politie. Elke kamer en elke ruimte waar de vergaderingen plaats vinden, worden eerst volledig gescreend op afluisterapparatuur. Als de bijeenkomst in een hotel plaats vindt, worden andere gasten, die er toevallig logeren, elders ondergebracht. Tijdelijk personeel wordt naar huis gestuurd. Het vaste personeel krijgt instructie niemand van de gasten uit zichzelf aan te spreken en niemand in de ogen te kijken. De Bilderbergers beperken hun cirkel tot zo’n 100 tot 120 man. Deze worden met veel zorgvuldigheid gekozen, en de uitverkorenen worden ieder jaar uitgenodigd voor een ontmoeting op een onbekende plaats waar geconfereerd wordt over de te volgen strategie. De vergaderingen zijn niet toegankelijk voor het brede publiek en de pers. Er zijn wel eens journalisten doorgedrongen, vermomd als tuinman, maar toen ze hun artikel aanboden aan hun hoofdredacteur, werd het pertinent geweigerd.
De Bilderberg conferenties groeiden door de jaren heen uit tot een vaste organisatie, die werd gefinancierd door giften van bedrijven en particulieren en (in elk geval de eerste edities) in belangrijke mate door de CIA. De eerste bijeenkomst ging over de vraag hoe het Europese communisme bestreden moest worden.
Het beleid wordt uitgevoerd door een commissie van 35 man inclusief een binnenste cirkel als adviesgroep (Adviesgroepen zijn heel vaak binnenste cirkels, net als ‘adviseurs’ zichzelf waar dan ook als een dominerende kracht opstellen). Deze adviesgroep - zo men beweert – bestond en bestaat o.a. uit Giovanni Agnelli (Italië/Club of Rome), David Rockefeller (VS), Eric Roll (Groot Brittannië, bankier en bestuurder van The Times), en Otto Wolff von Amerongen (directeur van Exxon).
Daarnaast kent men het Bilderberg lidmaatschap, waarbij men kan deelnemen via een uitnodiging. De 28e conferentie, gehouden in 1980 in Duitsland, merkte een generatiewisseling. De oudere garde maakte plaats voor de jongere garde.
Tegenwoordig is de groep een stuk opener geworden. Door de Lockheed-smeergeldaffaire in 1976 kwam Bilderberg pas in het nieuws. Bij de krantenbazen was het bestaan van de Bilderberg conferenties al bekend. In 1967 deed Cecil King van de International Publishing Corporation - in die tijd de Britse persgroep met de meeste macht - en tevens van The Newspapers Proprietors Association (groep van krantenbazen), een verzoek aan de eigenaars om ‘erop toe te zien dat onder geen enkele voorwaarde een verslag zou worden gepubliceerd over de Bilderberg conferenties’. Deze censuur werd dus door samenwerking van verschillende kranten bewerkstelligd van bovenuit.
Toch is er wel het één en ander door de mazen van deze strakke censuur gegleden. Het was weinig maar toch iets. In de 'Lombard' column in The Financial Times van 6 mei 1975, schreef de columnist C. Gordon Tether; 'Indien de Bilderberg groep niet één of andere samenzwering betreft, dan doet het zichzelf voor als een hele goede imitatie hiervan'. Deze column is overigens nooit verschenen, daar deze voor de druk al werd gecensureerd door hoofdredacteur Mark Fisher (zelf lid van de Trilaterale Commissie). Vervolgens werd Tether ontslagen uit zijn functie.
Binnen de hoogste rangen van de CFR bevinden zich Skull and Bones leden. In het jaar dat de Bilderberg groep gesticht werd, was Walter Bedell Smith de directeur van de CIA. John Coleman was lid van de 'Commissie voor Nationaal Handelsbeleid' in de VS. Dat het hier echter over een geheime groep gaat (nu officieel bevestigd, maar de besprekingen zijn vooralsnog geheim) dat een werktuig is om naar één wereldstaat te streven, bleek al door de woorden van Retinger in 1946 waarin hij het duidelijk had over een plan voor één Federaal Europa waarbij de landen een groot deel van hun soevereiniteit zouden afstaan. Verder kunnen we de conclusies trekken uit uitspraken en speeches van James Warburg (van de Nazi bankiers familie) en Zbignew Brzezinski (Pools Amerikaanse politieke wetenschapper en geostrateeg die president Jimmy Carter als veiligheidsadviseur bijstond). Deze conclusies zijn samengevat:
De Bilderberg groep manipuleert de globale financiën en vestigt onbuigzame en bindende monetaire tarieven rond de wereld, selecteert politieke figuren welke volgens Bilderberg mogen heersen, en neemt degenen in het vizier welke van macht ontdaan moeten worden. In plaats van het nastreven van een agenda die werkt aan globale gezondheidszorg, en energie, milieu en landbouwproblemen oplost, streeft de groep een agenda na welke de uitbreiding van macht en de verrijking van haar leden garandeert ten koste van mensenrechten en milieudegradatie wereldwijd.
Tijdens de conferenties wordt er aardig wat ondernomen. Neem bijvoorbeeld eens de plotse steile opgang van voorheen onbekende figuren. Dergelijke zaken zijn geen toeval meer te noemen.
Toen bijvoorbeeld Bill Clinton in 1991 de Bilderberg conferenties bezocht, was hij gouverneur van Arkansas, en een jaar later werd hij president van de VS. Hetzelfde geval met Tony Blair die na de Bilderberg conferentie van 1993 in één keer met zijn carrière door begon te schieten tot eerste minister van Engeland in 1994. Ook Romano Prodi werd na de Bilderberg conferentie van 1999 hetzelfde jaar nog president van de Europese Commissie. George Robertson was secretaris van defensie in Engeland en werd na het bezoeken van de Bilderberg conferentie in 1998 een jaar later secretaris generaal van de NATO.  Hetzelfde gold voor Willy Claes, socialist en vrijmetselaar, die in 1995 moest aftreden omwille van het Agusta helikoptersmeergeldschandaal.
De laatste bekende samenkomst was in 2003, in het Trianon Hotel te Versailles. Volgende Europese leden waren aanwezig:
Frits Bolkestein - Internationale Markt Commissie ( Europese Cie.)
Willy Claes - voormalig Minister in België; voormalig Secretaris Generaal NAVO
Victor Halberstadt - Prof. Economie Universiteit Leiden; voormalig secretaris Bilderberg
De Hoop Scheffer, Jaap G. - Minister van Buitenlandse Zaken
Wim Kok, - voormalig Minister President
Anthony Ruys - voorzitter Raad van Bestuur van Heineken
Jeroen van der Veen - Vicevoorzitter Manager Directors van Royal Dutch Shell
Klaas de Vries - lid van de Partij van de Arbeid
H.M. Koningin Beatrix der Nederlanden - namens Royal Dutch Shell

Z.K.H. Prins Philippe van België
H.M. de Koningin van Spanje
Uit de V.S. (die overigens ruim vertegenwoordigd waren) o.a.:Henry A. Kissinger
Richard Perle - lid PNAC
David Rockefeller
Paul Wolfowitz - Departement van Defensie
Voorzitter was Etienne Davignon, Belgische financier.


Barack Obama en Bilderberg

De Amerikaanse president onderhoudt nauwe banden met CFR en onrechtstreeks met de Bilderberg groep. Zijn adviseurs, Zbigniew Brzezinski, Ben Bernanke, Robert Rubin en Alan Greenspan, zijn allen lid van beide organisaties.
In zijn regering zitten namen als:
Timothy Geithner, minister van financiën, voorzitter van de Federal Reserve Bank of New York, lid van Bilderberg, CFR, TC en de Group of Thirty (G30), een denktank die de communicatie tussen overheid en privé moet bevorderen.
Paul Volcker, economisch adviseur, Bilderberg, CFR, TC, voorzitter van de Federale Reserve Bank of New York, G30, vriend van Rothschild, Wolfensohn en Rockefeller.
Rahm Emanuel, stafchef van het leger. Zionist, bestuurder van Freddie Mac (berucht om het gesjoemel met hypotheekkredieten). Zijn vader was lid van de Israëlische Irgun terroristengroep.

Lawrence Summers, economisch adviseur, Bilderberg, CFR, TC, minister van financiën tijdens de Clinton regering, bestuurder van de Wereldbank en IMF, protegé van David Rockefeller en Robert Rubin (sleutelfiguur in de bankencrisis).
David Axelrod, politiek adviseur. Had onder zijn clientèle Hillary Clinton. ‘Fikste’ voor Obama enkele schandalen.
Hillary Clinton, minister van binnenlandse zaken. Bilderberg, CFR, TC, klikspaan voor de CIA tijdens haar studiejaren in Yale. Sleutelfiguur in de zaak van de Mena drugshandel.
Joseph Biden, vicepresident, Bilderberg, CFR. Fan van het Zionisme zonder daarbij jood te zijn. Voorzitter van de Senaatscommissie Buitenlandse zaken.
Bill Richardson, minister van handel. Bilderberg, CFR. Ex-medewerker van Kissinger. Sleutelfiguur in de Monica Lewinsky doofpotzaak.
Robert Gates, minister van landsverdediging. Bilderberg, CFR, ex bestuurder van de CIA, landsverdediging onder Bush, sleutelfiguur in het Iran-Contra schandaal en de Mena drugshandel affaire.

Tom Daschle, minister van gezondheidszorg, Bilderberg, CFR, Citibank, protegé van Robert Rubin.
James L. Jones, veiligheidsadviseur. Bilderberg, TC, NAVO bevelhebber, bestuurder bij Chevron en Boeing. Goede vriend van Zbigniew Brzezinski, Henry Kissinger and John Deutch voormalige directeur van de CIA.
Susan Rice, ambassadeur bij de Verenigde Naties. Adviseur bij de verkiezingscampagnes van John Kerry en Michael Dukakis. Lid van de Aspen Strategy Group (waarin de Bilderberg leden Richard Armitage, Brent Scowcroft, and Madeleine Albright).


Wordt Osama’s buitenlandse politiek gekleurd door de invloed van Bilderberg?

Council on foreign relations (CFR)

Deze spin-off van Bilderberg bevat/bevatte veel grote namen, zoals David en Jay Rockefeller (financiers CFR en geassocieerd met Rothschild), de bankiers Paul Warburg en W. Averell Hariman (beiden nauw gelieerd aan Rothschild en financiers van Hitler), Henry Kissinger, Alan Greenspan, George Soros, Richard ‘Dick’ Cheney, Condoleezza Rice en wederom Brzezinski. Ook de Amerikaanse president Barack Obama is lid van CFR.
CFR is samengesteld uit ongeveer vijftig adjunct en fulltime onderzoekers en praktijkmensen (de zogenaamde 'fellows'), en verstrekt beurzen voor het schrijven van boeken, rapporten, artikelen en opiniestukken over de belangrijkste uitdagingen voor de Verenigde Staten.
De onderwerpen behandelen zowat alle belangrijke items, zoals energie en klimaatverandering, wereldwijde gezondheid, internationale instellingen, de nationale veiligheid en defensie, wetenschap en technologie. Daarvoor heeft CFR twee onderzoekscentra ter beschikking: het Maurice R. Greenberg Centrum voor Geoeconomics en het Centrum voor Preventieve Actie. Lidmaatschap is op uitnodiging en op voorspraak vanuit het CFR zelf. Veelal hebben de aspirant-leden hun talent al in andere denktanks bewezen.


Trilaterale Commissie (TC)

Opgericht in 1972 op een Bilderberg conferentie en officieel ten doop gehouden in 1973 in Tokyo op initiatief van David Rockefeller, toen voorzitter van CFR. De missie beoogt de goede samenwerking tussen de Verenigde Staten, Europa en Japan. Samen vormen ze de grootste economische macht ter wereld. De strategie werd uitgewerkt door Zbigniew Brzezinski. De bedoeling was om de bedreiging van het communisme in Azië een halt toe te roepen. Japan zou hierbij het voortouw nemen. Dat leverde ze geen windeieren op. Enkele jaren later was Japan het rijkste land ter wereld en blijft het nog altijd de tweede rijkste natie. Er zijn 150 landen bij aangesloten, waaronder België en Nederland. Gaston Eyskens, voormalig Belgisch premier en vader van Marc Eyskens was een prominent lid.
Alle strategische politieke posten op het Witte Huis (President, vicepresident, binnenlandse zaken, landsverdediging, financiën en NSA zijn leden van de commissie.

De Club van Rome

Opgericht in 1968 in, je raad het al, Rome. Dit is een club die bestaat uit top wetenschappers, economen, politici en andere grote denkers. Uiteraard is David Rockefeller lid, net als Henry Kissinger, Maurice Strong (ook wel de vader van de environmental movement genoemd) en ook koningin Beatrix. De club is eigenlijk een denktank die zich vooral bezighoudt met het milieu en daaraan gerelateerde onderwerpen zoals het gebruik van grondstoffen, vervuiling, voedselproductie en bevolkingsgroei. Het lijkt er ook op dat de mensen die lid van deze club zijn, hetzelfde gedachtegoed hebben als bijvoorbeeld de Bilderbergers. Kan ook eigenlijk niet anders gezien veel leden tot de elite gerekend mogen worden en in een publicatie genaamd 'the limits to growth' roepen ze dan ook op tot populatiereductie om de aarde te redden (of hun machtspositie?)

P2: Italiaanse vrijmetselaarsloge

Licio Gelli, bijnaam: Il Puparo, (de poppenspeler) is vooral bekend als de Grootmeester van het machtige vrijmetselaarsgenootschap P2. Gelli was tevens lid van de Maltezer Orde, een katholieke ridderorde die de tradities in ere wil houden.
Tijdens Mussolini's bewind, meldde Gelli zich aan als vrijwilliger voor de Zwarthemden en werd naar Spanje gestuurd om Franco's troepen te ondersteunen in de Spaanse Burgeroorlog. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij verbindingsofficier tussen de Italiaanse overheid en Nazi Duitsland, met onder zijn contacten onder andere Hermann Göring. Hoogstwaarschijnlijk is Gelli na de 2e wereldoorlog bij de CIA gegaan op aanbeveling van de Italiaanse geheime dienst. Gelli wordt ervan verdacht een prominente rol te hebben gespeeld bij Operatie Gladio, een geheim “stay-behind” netwerk, opgericht en gefinancierd door de CIA en NAVO met als doel de communisten in Italië zoveel mogelijk dwars te zitten. Bij een politie inval in zijn villa in Arezzo ontdekte men een ledenlijst van de P2 groep met daarop diverse invloedrijke mensen waaronder bijvoorbeeld de Italiaanse premier en mediagigant Silvio Berlusconi en de socialistische leider Bettino Craxi. Gelli heeft diverse keren in het openbaar verklaard een persoonlijke vriend te zijn van de president van Argentinië Juan Perón en verklaarde hierbij ook dat deze vriendschap van wezenlijk belang was geweest voor Italië.
Licio’s naam wordt ook in verband gebracht met de moord op Roberto Calvi, de president van de Banco Ambrosiano. Op 19 juli 2005 werd Gelli aangeklaagd voor deze moord voor de Italiaanse rechtbank. Gelli legde een verklaring af voor de rechtbank, waarbij hij de schuld legde bij personen die via Calvi's Banco Ambrosiano betrokken waren bij het financieren van de Poolse solidariteitsbeweging in opdracht van het Vaticaan.
Vanaf 1975 ontplooide Gelli een aanzienlijke activiteit en het ledenaantal benaderde weldra de duizend. Regelmatig en nog in 1980 stortte hij in de kas van het Grootoosten de lidmaatschapsbijdragen van deze geheime vrijmetselaars. Gelli gaf aan de leden een overzicht van de soort prominenten dat hij wou rekruteren: "Financiers en industriëlen op het hoogste niveau; eminente vertegenwoordigers van de vrije beroepen, overheidsdiensten en magistratuur; een veertigtal zorgvuldig uitgekozen politici; en vooral veel technici. Het doel moet zijn sleutelfiguren te hebben op alle functies in het staatsbestel waar beslissingen genomen of uitgevoerd worden".
De lijst van 953 leden die op 17 maart 1981 in villa Wanda in Arezzo door de moedige kolonel Bianchi in beslag werd genomen, beantwoordde volledig aan deze doelstelling.
Tengevolge hiervan werden, onder luid protest van grootmeester Battelli tot bij de

President van de republiek, huiszoekingen verricht in de zetel van het Grootoosten, Piazza Giustiniani, waar bijkomende informatie werd gevonden.
Onder de meer dan honderd als lid vermelde hogere officieren waaronder een reeks admiraals en generaals, bevonden zich de generaals Grassini, Santovito, Musemeci en de prefect Pelosi, allen aan het hoofd van de verschillende Italiaanse geheime diensten. Lid waren ook: tweeëndertig officieren van de "Guardia di Finanza", twaalf prefecten en 11 secretarissen van grote gemeenten, vier ambtenaren van Buitenlandse Zaken onder wie de secretaris-generaal, zevenenzestig van financiën, veertig van Openbare Werken en Onderwijs, een directeur generaal van het ministerie voor Industrie, vijftig universiteitsprofessoren. Verder nog een aantal magistraten, onder wie heel wat voorzitters van arrondissementele rechtbanken. Uit de financiële en economische wereld kwamen Roberto Calvi, de gebroeders Sindona, de Florentijnse ‘godfather’ en wapenhandelaar Alessandro del Bene en de uitgever van de "Corriere della Sera" A. Rizzoli, evenals een twintigtal bekende journalisten.
De politieke wereld leverde onder meer zesendertig christendemocratische, socialistische en republikeinse parlementsleden, onder wie verscheidene ministers.

Onder de enkele buitenlanders die tot de loge behoorden, bevond zich de Belgische consul-generaal in Milaan, Hans De Belder.
De Belder en anderen hebben altijd ontkend dat ze tot P2 toegetreden zouden zijn. Gelli verklaarde (maar wat moest men van de in het defensief gedrongen Gelli geloven?), dat ongeveer de helft van de op de ledenlijst voorkomende namen niet echt lid waren, maar als potentiële rekruten waren genoteerd. Ook hier dus een typisch Italiaans ‘imbroglio’. Sindsdien is de P2-loge in verband gebracht met talrijke criminele en terroristische activiteiten. Vooral de moord op premier Aldo Moro in 1978 blijft P2 achtervolgen. Was de loge er oorzaak van dat, naar beweerd wordt, weinig inspanningen werden geleverd door de politie en de geheime diensten waarvan de kopstukken P2-leden waren om de ontvoerde politicus levend terug te vinden?
De loge is opgeheven. Maar de leden bestaan nog en blijven de principes trouw.
De Illuminaten

Door Dan Brown, de Amerikaanse schrijver van fact fiction, beroemd gemaakt. Illuminaten (ook Illuministen of Illuminati) is de aanduiding voor verschillende historische 'geheime' genootschappen. De oudst bekende hiervan is het Spaanse genootschap Alumbrados (letterlijk: de verlichten). Deze groep hield zich in de 16e en 17e eeuw bezig met het innerlijk leven en de mystiek. Hiernaast bestond er in Frankrijk een groepering die onder invloed stond van Joodse en Arabische mystiek, het werk van Erasmus, de moderne devotie en het quiëtisme, en die antihiërarchische ideeën aanhing, waarbij reformatie van de Kerk en emancipatie van de burger centraal stonden. Ze was van meetaf aan aartsvijand van het Vaticaan. Johann Wolfgang von Goethe was een prominent lid.
Na de zuiveringen van de Inquisitie verdween de organisatie, maar werd in 1776 opnieuw leven ingeblazen als denktank avant la lettre, door de Beierse professor en vrijmetselaar Adam Weishaupt van de Universiteit van Ingolstadt. Zijn kijk op de wereld was extreem liberaal en hij pleitte voor het afschaffen van alle georganiseerde religies en alle nationale staten. De structuur van de Illuminati (waarin lokaal opererende cellen niet of zo weinig mogelijk op de hoogte waren van elkaars bestaan), werd later overgenomen door onder meer de Ba'ath in Syrië en Irak. Ook verzetsgroepen en terroristen bedienen zich van deze organisatievorm.
Volgens samenzweringstheorieën bestaat de organisatie nog altijd als geheime genootschap met het doel Kissinger’s Nieuwe Wereld Orde voor te bereiden. Volgelingen van de Illuminati zijn/zouden zijn: David Rockefeller, Zbigniew Brzezinski, de familie Bush, Barack Obama en Winston Churchill. De Nieuwe Wereld Orde is een concept dat wereldwijd vrede en welvaart onder de paraplu van de VS moet brengen, maar voor complotaanhangers verwijzingen naar Orwell’s 1984 oproept.

Skull and Bones

Opgericht in 1832 aan de Yale Universiteit als studentendispuut door de latere Amerikaanse generaal William H. Russell en de latere Minister van Oorlog Alphonso Taft, heeft de elitaire broederschap veel invloedrijke figuren uit de politieke en zakenwereld  voortgebracht. In 1992 werd het lidmaatschap voor vrouwen opengesteld.
De doelstelling van de genootschap is duister. Het nummer 322 in het beeldmerk van Skull and Bones refereert aan Genesis 3:22 waarin staat dat de mens gelijk is aan God; er staat letterlijk: "En de Here God zeide: Zie de mens is geworden als Onzer een door de kennis van goed en kwaad; nu dan, laat hij zijn hand niet uitstrekken en ook van de boom des levens nemen en eten zodat hij in eeuwigheid zou leven". Dit kan een mogelijke doelstelling van Skull & Bones zijn. Leden van Skull and Bones noemen zichzelf Knights of Eulogia en duiden de rest van de mensheid aan met de term barbaren.
Het genootschap heeft een tempel (The Tomb) op het terrein van de Yale universiteit. Verder bezit het onder andere een vakantiewoning en een privé-eiland (Deer Island) aan de grens met Canada. Volgens geruchten bezit de vereniging botten van verschillende grootheden uit de geschiedenis van het Amerikaanse continent, waaronder die van Geronimo, Pancho Villa en Che Guevara. Ex-president Bush en zijn democratische rivaal John Kerry zijn ongeveer even oud en studeerden allebei aan Yale. Skull and Bones leverde al drie presidenten en aantal hooggerechtshofrechters.

Rand Corporation

RAND Corporation werd opgericht in 1946 door het Amerikaanse leger als Project RAND (voor onderzoek en ontwikkeling) en is vandaag geregistreerd als een non-profit organisatie. Haar missie is ‘te werken aan betere besluitvorming door middel van objectief onderzoek en analyse, voor het welzijn van allen en de veiligheid van de Verenigde Staten’.
De denktank wordt gefinancierd met contracten van de overheid en universiteiten en door particuliere donators. RAND heeft als klanten onder meer de CIA en DARPA (Defense Advanced Research Projects Agency).
Het hoofdkantoor is gevestigd in Santa Monica, California. De denktank heeft filialen overal ter wereld. Meer dan 30 Nobelprijswinnaars hebben voor RAND gewerkt, van fysica tot economie. 2000 leden van de denktank bieden op hoog niveau adviezen aan de Amerikaanse regering. RAND voert ook onderzoek uit op gebied van de ontwikkeling van nieuwe wapensystemen, het verzamelen van inlichtingen en analyse en het ontwerp van ondergrondse installaties voor de USAF. Hoofd van RAND Belgium is Stijn Hoorens. De zetel is in Brussel.
De idealistische denktank
Het zijn niet allemaal booswichten die wereldwijde complotten beramen (als we tenminste de aanhangers van de samenzweringstheorieën niet te ernstig nemen).

The Elders

The Elders is een raad van wereldleiders en andere prominenten, bijeengebracht door Nelson Mandela (Zuid-Afrika). Ze richten zich op globale problemen als aids, gewapende conflicten en armoede. Ook trachten ze een rol te spelen bij het oplossen van (globale) conflicten. Er zijn twaalf Elders:
Nelson Mandela: voormalig president van Zuid-Afrika
Graça Machel: vrouwen- en kinderrechtenactiviste (tevens vrouw van Mandela)
Mary Robinson: voormalige president van Ierland
Mohammed Yunus: microkredietpionier
Lakhdar Brahimi: voormalig Special Representative van de VN
Desmond Tutu: Nobelprijs voor de Vrede-winnaar
Kofi Annan: voormalige Secretaris-generaal van de Verenigde Naties
Jimmy Carter: voormalige president van de Verenigde Staten
Li Zhaoxing: voormalige minister van buitenlandse zaken van China
Ela Bhatt: Indische vakbondsleidster
Gro Harlem Brundtland: voormalige premier van Noorwegen
Fernando H. Cardoso: voormalig president van Brazilië
Aung San Suu Kyi: Myanmarees politica en winnares van de Nobelprijs voor de Vrede
Belangrijk voor de leden van deze wijze raad was dat ze eerst en vooral onafhankelijk zouden zijn. In de tweede plaats zouden ze op internationaal vertrouwen moeten kunnen rekenen en een reputatie hebben van inclusief, progressief leiderschap. Omdat we daar niet veel over horen, zal het denkelijk bij idealisme en utopisch wishful thinking blijven. Het valt trouwens op hoe dun bezaaid de westerse vertegenwoordigers zijn. Tja, hier valt geen geld mee te verdienen…

De lobbydenktanks

Denktanks kunnen vermomde lobbyisten zijn. Ze verkopen hun expertises voor veel geld aan wie erom vraagt. Ze zijn dus in feite public relations bedrijven. Lobbywerk is vooral in Amerika tot bloei gekomen, waar de bedrijfswereld meer invloed en overwicht op de overheid heeft dan in Europa en PR een vast bestanddeel van het politieke en sociaal-economische leven.
Lobbyen is het systematische, strategische en georganiseerde streven om één of meer actoren van (politieke) besluitvorming te beïnvloeden. Het woord lobby komt uit het Engels en diende daar aanvankelijk ter aanduiding van een voorkamer bij het Britse parlement.
Benamingen voor georganiseerde groepen van mensen die dergelijke belangen nastreven zijn lobby(groep), belangengroep, pressiegroep of drukkingsgroep (in België); een individu dat zo te werk gaat heet lobbyist. Een dergelijke groep probeert invloed uit te oefenen op besluiten. Ze worden samen de zesde macht genoemd, na de trias politica, de ambtenarij en de media. De invloed van externe adviseurs op het democratisch bestuur is een feit. Veel oud-politici, die nog een voet in het besluitvormingsproces hebben, bieden hun diensten aan bij commerciële adviesbureaus en managementconsultants, waar ze hun verborgen agenda’s verkopen.

Enige voorbeelden uit de Amerikaanse lobbywereld.

De rooklobby

Big Tobacco, samengesteld uit de drie grootste Amerikaanse tabakcorporaties,: Philip Morris (L&M, Marlboro), Reynolds American (Camel, Pall Mall) and Lorillard (Kent en Newport), startten hun campagne in de 1970’s. Ze rekruteerden wetenschappers die bereid was in ruil voor geld en carrièrekansen, de gevaren van tabakconsumptie moesten relativeren.
De Belgische wetenschappers Frank van Dun van de Universiteit van Gent (UG) en Claude Javeau van de Vrije Universiteit van Brussel (ULB) hebben tussen 1988 en 2000 in opdracht van Arise (Associates for Research into the Science of Enjoyment), een organisatie die bijna exclusief werd gefinancierd door de internationale tabakslobby, de gevolgen van rookverslaving trachten te minimaliseren (Le Soir), bestond uit een vijftigtal universiteitsprofessors uit dertien verschillende landen. Deze lobby trachtte de rookverslaving op eenzelfde lijn te plaatsen met andere kleine geneugten als een kopje koffie of een pintje drinken en chocolade eten.
Arise (gefinancierd door tabaksreuzen als Philip Morris, British American Tobacco, Reynolds, Rothmans en Gallaher) trachtte zo een rapport uit 1988 te counteren van de hoogste Amerikaanse autoriteit op vlak van volksgezondheid, de Surgeon General, waarin rookverslaving voor het eerst werd vergeleken met cocaïne- en heroïneverslaving.
Van Dun en Javeau werden volgens Le Soir door Arise betaald om de conclusies van de tabakslobby te promoten in België en het buitenland. Ook trachtten ze om de politieke besluitvorming over roken te beïnvloeden.
De campagne, die op bepaalde momenten het karakter van een veldoorlog aanneemt, woedt nog altijd. De sector heeft in Hollywood  de slag thuisgehaald om de acteurs terug op het scherm te laten roken. Hoewel de publieke ruimten in de westerse landen rookvrij zijn gemaakt, geldt dit niet voor cafés, de belangrijkste sociale plek voor het opsteken van een sigaret. De lobby leunt zorgeloos achterover. „Een gelopen race. We hoeven niks meer te doen.”
De rokers – 28 procent van de bevolking – hebben voorlopig gewonnen en kunnen rustig blijven paffen in hun vertrouwde estaminet.

De olielobby

Exxon-Mobil, (voorheen Standard Oil Company of New Jersey, het bedrijf van de Rockefellers en de grootste oliemaatschappij ter wereld)  richtte een groep op die twijfels over klimaatverandering moest rondstrooien en de milieuvervuiling veroorzaakt door brandstoffen moesten minimaliseren. De stijgende brandstofprijzen leggen de corporatie geen windeieren, waardoor ze nog meer geld in lobbywerk kunnen pompen.
Werelds grootste CO2-uitstotende bedrijven betalen grof geld om de 'brede wetenschappelijke consensus' over klimaatverandering te ondermijnen.
Volgens Albert Gore (ex-presidentkandidaat en zelfverklaard ecoterrorist) steken olieconcerns als Exxon Mobil miljoenen dollars in een georkestreerde propagandacampagne die het publiek moet duidelijk maken dat wetenschappers het niet eens zijn over de opwarming van de aarde of de invloed van de mens daarop.
'Er is een georganiseerde campagne aan de gang, gefinancierd door de grootste CO2-uitstotende bedrijven met een bedrag van rond de tien miljoen dollar per jaar, om de indruk te wekken dat er onenigheid is in de wetenschappelijke wereld,' aldus Gore.
Maar volgens de Democraat gaat het om de breedst gedeelde wetenschappelijke consensus in de wetenschapsgeschiedenis. 'In werkelijkheid is er heel weinig verschil van mening.'
Gore vergeleek de pogingen van de olieconcerns met die van de sigarettenindustrie. Die lanceerde jaren geleden ook een campagne om de indruk te wekken dat wetenschappers zouden twijfelen aan de schadelijkheid van roken.
In februari waarschuwde een panel van de Verenigde Naties dat menselijk gedrag 'met 90 procent zekerheid' verantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde.
Volgens Gore betalen 'ontkenners' sindsdien een premie van 10.000 dollar voor ieder artikel dat aan die consensus tornt. 'Ze proberen de publieke opinie te manipuleren. Ze doen alsof we gek zijn,' aldus Gore.
Computerhackers hebben een server van een gerespecteerd Brits onderzoeksinstituut over klimaatverandering gekraakt en duizenden privé e-mails van Britse en Amerikaanse topwetenschappers en documenten op internet gezet. Uit de gepubliceerde informatie zou blijken, dat sommige wetenschappers informatie over klimaatverandering hebben gemanipuleerd. Dat meldden Britse en Amerikaanse media.
In een van de e-mails suggereert Phil Jones, directeur van de gerenommeerde afdeling klimaatverandering (CRU) van de universiteit van East Anglia, om een "trucje" te gebruiken om informatie over temperaturen te manipuleren om zo temperatuursdalingen "te verbergen". Een andere e-mail zou gaan over het manipuleren van klimaatpublicaties door sceptische wetenschappers, door een panel, dat de informatie controleert, samen te stellen dat bestaat uit wetenschappers "die weten wat ze moeten doen". Ook wordt gesproken over cijfers die in een VN-rapport "geperst moeten worden". Jones heeft ontkend dat hij heeft getracht informatie te manipuleren.
De CRU houdt veranderingen in temperatuur op de lange termijn bij en speelt een belangrijke rol in het verzamelen van informatie voor rapporten van de Verenigde Naties.


9/11: doorstoken spel?

Het manifest Rebuilding American Defenses, gepubliceerd in 2000 door de neoconservatieve denktank Project for the New American Century en meeondertekend door Richard ‘Dick Cheney’ (ex-minister en tot 2000 voorzitter van Halliburton, een groot toeleveringsbedrijf voor de energie-industrie. Hij werd bekritiseerd omdat dit bedrijf tijdens zijn latere vicepresidentschap grote overheidscontracten bemachtigde in Irak, tijdens en na de oorlog.) deed na de aanslag op de Twin Towers in New York, samenzweringstheorieën ontstaan. In het manifest wordt een terroristische aanslag op Amerika genoemd als een kans op plotselinge steun onder de Amerikaanse bevolking voor de inderdaad vrij radicale omslag in het buitenlandse beleid dat de denktank destijds voorstond. Voorzichtiger critici hebben dit manifest aangehaald om te opperen dat de aanslagen bepaalde geledingen in de machtskringen rond Bush niet slecht uitkwamen. 

Het internet

Ook de internetgiganten doen stevig mee aan het lobbywerk. Google geeft miljoenen uit aan politiek lobbywerk.  Het bedrijf gaf vorig jaar meer dan vijf miljoen dollar uit, een miljoen meer dan in 2009. Privacybelangenbehartigers zijn ongerust. Het lobbyen van Google in onder meer Washington kost elk jaar alsmaar meer geld. In 2010 spendeerde Google meer geld aan lobbywerk dan Facebook, Apple en Yahoo samen. Facebook gaf slechts 351.390 dollar uit, Apple 1,6 miljoen dollar en Yahoo 2,2 miljoen dollar.
De toename van de lobbyactiviteiten doet de wenkbrauwen fronsen van activisten op het gebied van (internet-)privacy. Volgens John Simpson, privacyvoorvechter bij Consumer Watchdog, betekent dit dat Google een grote macht in Washington begint te worden en dus politieke invloed uitoefent. Overigens geeft Microsoft nog meer uit aan lobbyen dan Google.

De joodse lobby

Sinds 1948 (stichting van Israël) zijn Amerikaanse presidenten gedwongen rekening te houden met de Joodse lobby. Die heeft veel geld, zorgt voor veel kiezers en heeft een eenvoudig standpunt: 'wij staan achter Israel.'  Ze maakten Israël het belangrijkste westerse speerpunt in het Midden-Oosten, zorgden voor economische bloei en financierden de landsverdediging. Het land overleefde drie gewapende conflicten met de Arabische buurlanden met succes.
Maar er is een nieuwe Israel lobby opgestaan, waar Obama dankbaar naar luistert: J-street, een organisatie die wel achter Israel staat, maar niet blind is voor de realiteit. Jeremy Ben-Ami, de stichter van J-street mag aanschuiven als de Joodse leiders worden geraadpleegd. Tot razernij van de gevestigde Joodse partijen.
J-street wint aan belang. Het aantal leden stijgt, het budget stijgt, het aantal lobbyisten kan daardoor stijgen. En als Obama niet blind achter de standpunten van de Israëlische regering gaat staan, kan hij voortaan zeggen dat er ook lobbystemmen zijn in Joods Amerika die er zo over denken.
Want Obama gaat afwijken van wat de traditionele Joodse lobby van hem wil. En dan is enige steun binnen Joods Amerika meer dan welkom.

De Arabische lobby

Er is net zo goed een zeer actieve en machtige Arabische lobby, zoals er wel duizend verschillende belangengroepen zijn in Amerika. Maar de Arabische lobby heeft veel meer geld tot haar beschikking, dankzij de oliedollars. En het aantal ambassades van Arabische/Islamitische landen is 57, tegen 1 Joodse. Dus de Arabische lobby heeft een minstens zo sterk stemgeluid als de Joodse, maar daarover hoor je nooit iemand. Sinds de oprichting van Israel in 1948 is de Arabische lobby gegroeid en steeds meer ondersteund, onder andere door de wapenindustrie, door voormalige ambtenaren in dienst van Arabische staten, door bedrijven met zakelijke belangen in het Midden-Oosten, door NGO’s, door de Verenigde Naties, door een aanzienlijk percentage van de media en de culturele elite, door niet-evangelische christelijke groepen, door ingehuurde bureaus, door Amerikaanse Arabieren en moslims, en door de leiders en diplomaten van Arabische regeringen. 

De Amerikaanse president Barack Obama lijkt zijn beleid in toenemende mate af te stemmen op de globalistische en pro-Islamitische agenda. Zo heeft hij Rashad Hussain benoemd als speciale afgevaardige bij de wereld omvattende Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC). Niet alleen heeft Hussain in het recente verleden openlijk het Islamitische terrorisme verdedigd, maar tevens zijn er opnames boven tafel gekomen waarop Hussain tegenover een publiek pleit voor de wereldwijde invoering van de strenge, extreem ondemocratische en anti-humane Islamitische Sharia-wetgeving.

EUROPA’S LOBBYWERK

De Europese Commissie, die de bulk van de Europese wetsvoorstellen indient, beschikt in Brussel over een legertje ambtenaren en medewerkers van 35.000 man die in de Europese Wijk geconcentreerd zijn. Er is grofweg één lobbyist per tweeëneenhalve Europese ambtenaar. Brussel is de draaischijf van de Europese denktanks. Er zijn er heel wat.
Er bestaat een register voor de lobbyisten, maar ze zijn niet verplicht zich te registreren. 60% vertikt dat. Vele advocatenbureaus en denktanks hebben het geboycot. Advocaten zijn bang dat het de privacy van hun cliënten in het gedrang brengt, terwijl denktanks vinden dat hun werk niet als lobbyen, mag worden gezien. De Commissie hoopt deze bezwaren weg te nemen door een duidelijker taalgebruik en de invoering van een aparte categorie voor denktanks. Ze zal ook de regels voor de publicatie van financiële gegevens herzien om de transparantie te verbeteren.
Inschrijvers moeten opgeven hoeveel zij aan hun lobbyactiviteiten uitgeven en moeten beloven zich in hun contacten met Commissiemedewerkers aan een gedragscode te houden. Tot nog toe zijn er 10 klachten ingediend, waarvan er maar één tot een sanctie, een tijdelijke schorsing, heeft geleid.
In mei 2009 waren meer dan 2000 belangengroeperingen in het register van de Europese Commissie ingeschreven, terwijl er ongeveer 4600 groeperingen en individuen officieel belast waren om de belangen bij het Europees parlement te verdedigen.
Talloze drukkingsgroepen die in Brussel actief zijn, komen daarenboven niet voor in de officiële registers. Er is geen enkele regeling voorzien en er zijn ook geen statistieken over beschikbaar. De meeste denktanks, lobbyisten en dergelijke instellingen weigeren zich in België te registreren, net om hun dekmantel niet te moeten prijsgeven.

VS doet het beter dan EU.
In de Verenigde Staten moeten alle lobbyisten zich verplicht registreren. Daar is er dus wel sprake van transparantie. Iedereen die aan de omschrijving van lobbyist beantwoordt, documenteert vier keer per jaar zijn of haar activiteiten en stelt deze online beschikbaar voor iedereen. Daardoor weet zowel de bevolking, als de regering: wie betaalt wie, hoeveel en om welke belangen te verdedigen.
Lobbyen is een poging om tegen betaling invloed uit te oefenen op wetgeving, beleid of regelgeving. De laatste 30 jaar trokken duizenden lobbyisten naar de Europese wijk in Brussel. Ze werden aangetrokken door het toenemende belang van de Europese besluitvorming.
In 1985 telde Brussel 654 lobbyisten, maar ondertussen is dat cijfer opgelopen tot meer dan 15.000. Zij beïnvloeden het beleid van de Europese Unie en hun invloed neemt toe en dat tast de democratie van Europa aan, vindt Alter-EU, een coalitie van meer dan 160 NGO’s en vakbonden. Ze eist meer transparantie en aansprakelijkheid van de lobbygroepen. In 2004 ging een lobbyassociatie bij de parlementaire autoriteiten klagen. Ze vond het niet kunnen dat de vele lobbyisten tijdens parlementaire zittingen niet over een zitplaats beschikken.
De Europese Commissie is sterk afhankelijk van adviseurs en experts van buitenaf. Dat komt door het eigen relatief kleine aantal verantwoordelijken voor onderzoek en statistische gegevens.
De Commissie was verantwoordelijk voor de regulering van de financiële sector. Maar ze luisterde voornamelijk naar experts die nauwe banden hadden met de lobbyisten uit de sector. De waarschuwingen van onafhankelijke, financiële experts en academici sloeg de Commissie in de wind. Zij zeiden dat door het gebrek aan regulering een bankencrisis onvermijdelijk was.
De meerderheid van de lobbyisten werkt voor zakenbelangen. Middenveldorganisaties (gelijke kansenorganisaties, koepels van welzijnsinstellingen, vakbonden) zijn veel dunner gezaaid binnen het Brusselse lobbynetwerk.
Midden in de ergste economische crisis sinds de Tweede Wereldoorlog zien we dat financiële lobbyisten talrijk aanwezig zijn. Daartegenover staat zo goed als geen enkele middenveldorganisatie die tegendruk biedt op het beleid. 
De bankencrisis ontstond, omdat de banken hun eigen regels konden bepalen.

De liberale denktanks

Lobby- en PR-werk is uitgevonden door de bedrijfswereld, wat logisch is: de grote ondernemingen halen hun omzet en winst uit de manipulatie van de consument en regering. Het Europese liberale lobbywerk is gecontraliseerd onder de noemer van  het Stockholm Network.

Het Stockholm Network is een koepelvereniging met meer dan 130 aangesloten denktanks, verspreid over alle Europese landen. Het Netwerk werd in 1997 opgericht door Helen Disney, die vandaag nog steeds de leiding van het Netwerk op zich neemt. Het Stockholm Network omschrijft zichzelf als ‘de enige leverancier in Europa van diensten voor vrijmarktdenkers en denktanks’. Het Netwerk is van oorsprong Brits en heeft zijn hoofdzetel in Londen. In Nederland is bijvoorbeeld de Frederic Bastiat Stichting aangesloten bij deze koepel, in Vlaanderen bijvoorbeeld Nova Civitas en het Liberaal Vlaams Studentenverbond.
Het Stockholm Network heeft de volgende doelstellingen:
Het hervormen van de Europese welvaartsstaten en het creëren van een flexibele arbeidsmarkt.
Het individualiseren van de Europese pensioenstelsels en het geven van meer verantwoordelijkheid aan de burgers.
Het verzekeren van een gezondheidszorg die los van de overheid werkt en het beste de belangen van de consumenten dient, en het hervormen van de huidige Europese gezondheidszorgsystemen.
Het aanmoedigen van een goedgeïnformeerd debat over intellectuele eigendomsrechten als aansporing tot innovatie en ontwikkeling.
Het hervormen van de Europese energiemarkt zodat de aller-gunstigste balans gevonden kan worden tussen consumenten, economische groei en milieueffecten.
Het benadrukken van de voordelen van globalisering, handel en concurrentie, en het bewerkstelligen van een algemeen begrip en kennis van de vrije markt.
Het wordt gefinancierd door gigantische farmaceutische en olieondernemingen. Acties waren o.a. in lobbyen tegen het Kyoto protocol en voor het besnoeien van het openbaar vervoer

We nemen enkele lobbydossiers onder handen.

Kernuitstap

Het Nucleair Forum, de koepel van nucleaire firma's in ons land, start met een mediacampagne die de voordelen van kernenergie moet belichten. Het is de eerste campagne in haar soort. Greenpeace broedt op een tegencampagne, schrijven De Morgen en De Tijd.
Het Nucleair Forum is de in 1972 (een jaar voor de oliecrisis) opgerichte beroepsvereniging van instellingen en bedrijven die werken met kernenergie in ons land. De koepel verenigt bedrijven als Tractebel en Electrabel maar ook het SCK in Mol. De jongste jaren legt het Forum zich toe op actieve lobbying en daar is nu voor het eerst een mediacampagne van gekomen.

Door de financiële crisis zijn de investeringen in groene projecten serieus afgezwakt. Natuurlijk is ook dat een argument van de nucleaire lobby om de kerncentrales langer open te houden. Naast begrotingsgeld was de energiezekerheid ook een reden voor het uitstel van kernuitstap. Minister Magnette (PS, klimaat en energie en lid van Pavia) baseerde zich voor de omstreden deal met GDF Suez op een GEMIX-studie, een studie waarvan de federale energieregulator CREG afstand neemt. De GEMIX-studie toonde volgens Magnette aan dat er onvoldoende energie zou zijn na de uitschakeling van de eerste kerncentrales. De officiële CREG-studie over de behoefde aan aardgasvoorziening toont echter aan dat zelfs een volledige uitstap van kernenergie en de vervanging ervan door stoom- en gascentrales op Belgisch niveau haalbaar is.

Chemische industrie

Een van de grootste lobbycampagnes ooit is die tegen de REACH-richtlijn (Registration, Evaluation & Authorisation of Chemicals). Dat was een wetsvoorstel van de EU-commissie om de meer dan 100.000 chemicaliën, geproduceerd door de Europese chemische industrie, te controleren en te reguleren.
De commissie deed dat op vraag van middenveldorganisaties die de gevolgen op het milieu en de gezondheid onderzoeken. Maar de lobbygroepen van de chemische bedrijven gingen onmiddellijk in de tegenaanval. Dat deden ze door de invalshoek te verschuiven van milieu- en gezondheidsbelangen naar werkgelegenheid en competitiviteit in de sector.
Ze oefenden druk uit op de politici die de REACH-richtlijn opstelden. En ze vergrootten de oppositie ertegen door andere bedrijven te mobiliseren. Een lobbytactiek die zeer belangrijk was in dit verhaal zijn de vele topambtenaren die overstapten naar lobbygroepen of omgekeerd.
Tegen 2006 was het oorspronkelijke voorstel al sterk afgezwakt, ondanks de tegeninvloed van milieu- en gezondheidsorganisaties, consumentengroepen, medici en vakbonden.
Wie betaalt wie? Hoeveel? En waarom?
Wij weten het niet. Transparantie is de enige manier om lobbymechanismen te controleren, zodat ze niet misbruikt worden door een machtige minderheid tegen de belangen van de meerderheid van de bevolking. Maar het ontbreekt de Europese instanties aan politieke wil om verplichte registratie in te voeren.

Lobby creëert bedrijfsvriendelijke omgeving.

De macht van multinationale bedrijven neemt toe door overnames, fusies en uitbreidingen. Meer dan de helft van de grootste economische machten zijn geen staten, maar multinationals. Hun omzet is groter dan het bruto binnenlands product (BBP) van een land. Bedrijven gebruiken deze macht om invloed uit te oefenen op het beleid.
Europese bedrijven gaan op zoek naar natuurlijke rijkdommen uit ontwikkelingslanden, zoals delfstoffen, water, hout en landbouwproducten. En lobbyisten proberen een bedrijfsvriendelijke omgeving te creëren.
Dat doen ze bijvoorbeeld door te lobbyen voor bedrijfsvriendelijke handelsakkoorden, de zogenaamde EPA's. Maar deze akkoorden kunnen een negatieve impact hebben op het leven van de massa armen of op het milieu. In Kongo is er door de strijd voor delfstoffen sprake van mensenrechtenschendingen, milieuvervuiling en gewapende conflicten.
Amerikaanse politici die de klimaatwetgeving blokkeren kregen duizenden dollars toegestopt van Europese bedrijven met een grote CO2-uitstoot. Dat blijkt uit een rapport dat 25 oktober gepubliceerd werd door het Europese klimaatactienetwerk CAN Europe. Het zijn bovendien dezelfde bedrijven, die zich met man en macht verzetten tegen een ambitieuzer Europees klimaatbeleid ‘zolang er in de VS geen doeltreffender klimaatbeleid wordt gevoerd’.
Ook een paar prominent in Vlaanderen aanwezige bedrijven zoals Arcellor-Mittal, GDf-Suez (het moederbedrijf van Electrabel), BASF, BAYER en Solvay financierden Amerika’s meest prominente klimaatontkenners,” vertelt Sara Van Dyck van Bond Beter Leefmilieu.


Amerikaans-Europese samenwerking

CAN Europe analyseerde - recent publiek gemaakte - gegevens van de federale kiescommissie van de Verenigde Staten en legde zeer gerichte financieringsstromen van enkele van Europa’s grootste vervuilers bloot. Een aantal Europese bedrijven trachtten de Amerikaanse klimaat- en energiewetgeving te beïnvloeden door zeer gericht kandidaten te ondersteunen die zich verzetten tegen een Amerikaans klimaatbeleid.
“Het is zeer hypocriet dat dezelfde Europese bedrijven een doeltreffende Amerikaanse klimaatwetgeving als voorwaarde stellen voor een ambitieuzer Europees klimaatbeleid” aldus Tomas Wyns van CAN-Europe.
De grote Europese broeikasgasuitstoters Lafarge, GDF-SUEZ, EON, BP, BASF, BAYER, Solvay en Arcelor-Mittal steunden voor $ 240.000 senatoren die de klimaatwetgeving blokkeerden en die hardnekkig blijven ontkennen dat de klimaatverandering een feit is. Die $240.000 komt overeen met bijna 80% van het geld dat deze bedrijven spendeerden in de Senaatsverkiezingen van 2010. GDF-Suez, het moederbedrijf van Electrabel, gaf in 2008 $ 10.000 aan Joe Barton. Joe Barton, Congreslid, beter gekend als “Smokey Joe”, is één van Amerika’s grootste klimaatontkenners. Recent veroorzaakte hij opschudding toen hij zijn verontschuldigingen aanbood aan de topman van BP voor de maatregelen die door het Witte Huis aan deze oliegigant werden opgelegd na het gigantische lek in de golf van New Mexico.
“Hier bij ons vertellen bedrijven zoals GDF-Suez dat ze er alles aan willen doen om de strijd aan te gaan tegen de klimaatverandering. Nu blijkt dat zij er alles aan doen om die strijd te kelderen en daarbij zelfs niet terugdeinzen om klimaatontkenners te financieren” stelt Sara Van Dyck van BBL.
CAN-Europe en Bond Beter Leefmilieu vragen een duidelijk antwoord van de Europese federaties, waar deze bedrijven lid van zijn. Business Europe, CEFIC, EUROFER, CEMBUREAU, EURELECTRIC en EUROPIA moeten openlijk afstand doen van de praktijken van deze bedrijven. Daarenboven moeten ze deze bedrijfsfederaties een charter opstellen voor hun leden, met de verplichting om zich wereldwijd van dergelijke initiatieven te onthouden.

GGO (genetische gemodificeerde organismes)

Volgens het Europees parlementslid voor de groenen, José Bové is de ggo-lobby geïnfiltreerd in de top van het Europese Food Safety Agency (EFSA). Hij wijst daarmee naar de Hongaarse Diana Bánáti, de voorzitter van de raad van bestuur van EFSA. Die zou verborgen hebben dat ze vroeger deel uitmaakte van het International Life Science Institute (ILSI), wat Bové beschrijft als “de lobby van de grootste bedrijven in de agro-industrie”.
Het ILSI is een organisatie die meer dan 400 bedrijven groepeert, waaronder Monsanto, Syngenta, Dupont, Nestlé, Kraft Foods, Bayer en BASF, waarvan velen zich met biogenetisch onderzoek bezig houden. Als voorzitter van de Europese afdeling van ILSI werkte zij volgens Bové dan ook in opdracht van deze bedrijven.
Tijdens een persconferentie in Brussel onthulde Bové ‘de nauwe banden van Bánáti met de ggo-lobby’. “Bánáti heeft deze banden steeds verzwegen. Ook wanneer zij in 2006 werd benoemd tot voorzitter van EFSA en in 2008 werd herbenoemd, werd hier niets over gezegd. En dat terwijl ze in een eed heeft gezworen dat ze nog nooit benaderd is door lobbyisten”, luidt het. Ook zou de Wereldgezondheidsorganisatie het International Life Science Institute geschrapt hebben van haar lijst van partnerorganisaties omwille van een dubieuze houding bij het uitvaardigen van tabaksmaatregelen.
Volgens Bové is de Europese Commissie altijd zeer los omgesprongen met het toekennen van ggo-erkenningen. “Sinds 1998 werden al 125 invoervergunningen verleend voor ggo-gewassen. Zes aanvragen werden door de ggo-industrie zelf ingetrokken, maar voor de rest is de afgelopen 12 jaar geen enkele aanvraag geweigerd.” 
Met de komst van het Europees voedselagentschap is er niets aan die erkenningprocedure veranderd, meent het Europarlementslid.
“Al sinds de oprichting klagen wij de werkwijze van het EFSA aan. Het agentschap voert geen enkel onderzoek zelf uit, maar baseert zich op dossiers die worden aangeleverd door de industrie die erop gebrand is om aan te tonen hoe onschuldig ggo-producten zijn. Geen enkel lange termijnrisico wordt onder de loep genomen”, zegt Bové. “Nu we zien hoe de EFSA is samengesteld, hoeft dat niet te verwonderen. Wij eisen daarom het ontslag van voorzitter Diana Bánáti.”

Farmaceutica

Europese patiëntenorganisaties die als spreekbuis dienen voor miljoenen zieke Europeanen worden grotendeels gefinancierd met geld van de farmaceutische industrie. Hierdoor vergroot de industrie de eigen lobbymacht in Europa aanzienlijk.
Er gaat groot geld naar de patiëntenlobby in de EU. Nogal wat Europese patiëntengroepen leven hoofdzakelijk van geld van de farmaceutische industrie. De door de Europese Commissie erkende overkoepelende organisatie voor patiënten in de EU, het European Patients’ Forum, drijft sinds de oprichting in 2003 hoofdzakelijk op industriesponsoring. Dat geldt ook voor andere patiëntenverenigingen.
De industrie heeft in Brussel bijna 50 eigen lobbyisten rondlopen. De negen farmaceutische koepelorganisaties hebben 20 belangenbehartigers voltijds in dienst. Die komen bovenop de 26 lobbyisten werkzaam voor 13 grote fabrikanten. En daar weer bovenop komt de invloed via zwaar gesponsorde patiëntenorganisaties.
Afgelopen voorjaar kwam pijnlijk aan het licht waartoe industrie-invloed kan leiden. De Europese coalitie van borstkankerpatiëntenverenigingen Europa Donna, waarbij ook Donna Belgium is aangesloten, raakte in conflict met een groep leden van het Europees Parlement. De parlementariërs stoorden zich aan de verwevenheid tussen deze groepering en de farmaceutische industrie. Er ontstond een vertrouwensbreuk.
De aanleiding was de groeiende druk op patiëntenorganisaties om transparant te zijn over hun financiering. Meer en meer patiëntengroepen publiceren op hun website door wie ze gesponsord worden, en geven aan hoe de bijdragen van het bedrijfsleven zich verhouden tot de overige inkomsten. Zo ook Europa Donna.
Uit het jaarverslag 2007 bleek dat de patiëntengroep voor 86 procent was gesponsord door farmaceutische firma’s. Het ging om bijna 365.000 euro op een totaal aan inkomsten van ruim 424.000 euro.
Susan Knox, directeur van Europa Donna en ex-borstkankerpatiënt: „Als je allerlei projecten op wilt zetten, zoals wij doen, dan heb je de fondsen van farmaceutische bedrijven gewoon nodig. De Europese Commissie heeft niet genoeg geld voor ons. De Europese landen evenmin. Hoe moeten wij dan aan geld komen?’’
Volgens haar heeft de industrie geen invloed op het beleid van Europa Donna. „Wij zijn volkomen vrij in het besteden van het geld en we hebben een goed bestuur dat toeziet op een juiste besteding.”
Er zijn meer schimmige relaties tussen Europese patiëntengroepen en de farmaceutische industrie. Fabrikanten hebben vaak meerdere advisory boards, die meestal zijn verbonden aan een geneesmiddel. In deze adviesraden zitten artsen, die op hun vakgebied gelden als expert. Zij krijgen betaald voor hun deelname. In de adviesraden wordt doorgaans niet alleen over medisch-inhoudelijke zaken gesproken, maar ook over marketingzaken.
Het bedrijf GlaxoSmitKline (GSK) heeft een Health Advisory Board, waarvan de Britse Imelda Read voorzitter is. Read, een voormalig Europarlementariër voor Labour, is echter ook presidente van de European Cervical Cancer Association, de ECCA. Dit is een Europees samenwerkingsverband van kankercentra en charitatieve organisaties, dat zich ten doel stelt het bewustzijn over baarmoederhalskanker te vergroten.
Haar positie als adviseur van GSK en als president van een belangenorganisatie voor opsporing en behandeling van baarmoederhalskanker, roept vragen op. GSK brengt in Europa het baarmoederhalskankervaccin Cervarix op de markt. GSK en concurrent Sanofi Pasteur MSD, die het vaccin Gardasil produceert, hebben in de EU-lidstaten een heftige en succesvolle lobby gevoerd voor vergoeding van het vaccin.
De twee vaccinfabrikanten zijn ook sponsor van de European Cervical Cancer Association van Imelda Read. De belangengroep ontvangt 52 procent van de inkomsten van vijf farmaceutische bedrijven. Ook de ECCA voert campagne voor vaccinatie tegen baarmoederhalskanker.
GlaxoSmithKline weigert agenda’s en verslagen van de Health Advisory Board beschikbaar te stellen. „Deze documenten vallen onder vertrouwelijkheidovereenkomsten die door alle aanwezige leden zijn ondertekend’’, aldus Andrew Garvey, manager externe zaken van GSK Europa, in een e-mail. Hij meldt dat in de adviesraad onderwerpen aan de orde komen, zoals verbeteringen in de manier waarop klinisch onderzoek wordt opgezet en overleg over ’GSK’s gedragscode voor de omgang met patiëntenorganisaties om te waarborgen dat deze relatie van het hoogste ethische niveau is’.
De overkoepelende Belgische lobby heet Farma.be en is samengesteld uit de drie grote spelers:  Janssen Pharmaceutica, GlaxoSmithKline en UCB.
Donna België wordt volledig door vrouwen gerund. De voorzitter is Vanessa Cipollini.

Milieu

Vervuilende industrieën houden pogingen van de Europese Unie tegen om meer ambitieuze doelstellingen voor de vermindering van broeikasgassen in te voeren. De EU wil dat de CO2-uitstoot, vóór 2020, met 10% verlaagd wordt. Nu is de doelstelling 20% uitstootverlaging voor 2020, het nieuwe doel is 30%. Maar tijdens de VN-klimaatonderhandelingen in Cancun, Mexico, voerden vertegenwoordigers van vervuilende industrieën een lobby tegen de Europese Unie om aangescherpte doelstellingen te voorkomen.
‘De lobby van deze industrieën verergert de gevolgen van klimaatverandering voor miljoenen van ’s werelds armste mensen. Bedrijven lijken blind voor de enorme economische voordelen van omschakeling naar een economie met lage koolstofuitstoot’, zegt Oxfam’s Jodie Thorpe. Momenteel verdienen chemische, cement- en staalindustrie miljoenen aan het huidige milieubeleid. En er gaat vanuit Europa meer geld naar deze industrieën dan naar mensen die direct onder klimaatverandering lijden.
Voor het Europese bedrijfsleven is een belangrijke rol weggelegd in de aanpak van klimaatverandering. Als de beoogde 30%-doelstelling wordt gehaald stijgt de werkgelegenheid en de omzet in de milieusector aanzienlijk. Als het EU-beleid hetzelfde blijft, is de kans reëel dat Europa op den duur achterloopt op landen als China en de VS. Zij gaan profiteren van hun inzet voor uitstootverlaging en investeringen in nieuwe technologieën.
Gelukkig vinden niet alle bedrijven dat industriële vervuilers gesteund moeten worden. Grote bedrijven, waaronder Unilever, Nestlé en Philips, en veel investeerders vinden dat de EU sterke maatregelen moet treffen. Zij steunen de EU-oproep voor uitstootverlaging naar 30%. Veel bedrijven erkennen dat een krachtige politieke actie op klimaatverandering tot nieuwe kansen voor het bedrijfsleven leidt. Maar er zijn er nog te weinig die dit hardop zeggen en waar maken.

Religieuze lobbying

Europese commissievoorzitter Barroso en Raadsvoorzitter Herman Van Rompuy (CD&V) hebben speciale topambtenaren in dienst voor relaties met kerken. De EU heeft officiële diplomatieke betrekkingen met het Vaticaan. De Katholieke Conferentie van Bisschoppen is één van de machtigste lobbygroepen in Brussel. De religieuze lobby’s ageren bijvoorbeeld fel tegen de brede Europese antidiscriminatiewetrichtlijnen die in de maak is. Onder intense druk van religieuze lobby’s durfde de Europese Commissie het aanvankelijk niet aan een richtlijn op tafel te leggen waarmee discriminatie van homo’s kan worden bestreden. Met een beroep op godsdienstvrijheid bedingen de lobby’s uitzonderingen op het discriminatieverbod, o.a. voor het discrimineren van homo’s, of voor het recht van confessionele scholen om te discrimineren. Daarmee worden discriminatoire praktijken feitelijk in steen gebeiteld, terwijl het gelijkheidsbeginsel nu juist één van de pijlers van de Europese eenwording is.
Over pedofilie binnen de Kerk wordt met geen woord gerept.

Spionagediensten

België is een speeltuin voor buitenlandse geheime diensten, die allerhande dekmantels gebruiken om hun clandestiene activiteiten te verbergen. Volgens Alain Winants, administrateur-generaal van de Staatsveiligheid, gebruiken buitenlandse spionnen steeds vaker denktanks als cover.
“Diplomatie en journalistiek zijn traditionele dekmantels voor spionage”, aldus Winants op een lezing in Gent voor de Euro-Atlantische vereniging van België, afdeling Oost-Vlaanderen. “Maar we stellen vast dat buitenlandse inlichtingenofficieren ook andere dekmantels gebruiken. Een fenomeen dat meer en meer aan belang wint, zijn denktanks.” Nog een andere cover voor spionage en inmenging zijn, aldus Winants, verenigingen met een sociaal, cultureel of religieus karakter die leden van migrantengemeenschappen trachten bijeen te brengen.
De vraag is hoe België moet reageren op buitenlandse spionnen die hun boekje te buiten gaan. Hen het land uit zetten –personae non grata verklaren- ligt zeer gevoelig.

Winants: “Stel dat België een paar inlichtingenofficieren die onder diplomatieke dekmantel werken voor Rusland personae non grata zou verklaren, dan kan ik u verzekeren dat de Belgische ambassade in Moskou binnen de kortste tijd leeggemaakt wordt, en dat iedereen verzocht wordt terug te keren.”
Winants pleit ervoor ‘om dialoogplatformen te ontwikkelen tussen de Staatsveiligheid en andere Belgische administraties en politieke organisaties om na te gaan welk gemeenschappelijk standpunt we zouden kunnen aannemen ten opzichte van inmenging’.
“Je hebt in Europa een aantal denktanks die niet echt onafhankelijk lijken te zijn”, reageert Geert Cami, directeur van de denktank Friends of Europe. “Maar de meerderheid lijkt me bonafide. Van spionage heb ik in elk geval geen weet. Het klopt wel dat veel denktanks niet bereid zijn het register van de Europese Commissie te onderschrijven. De reden daarvoor is echter dat het om een lobbyregister gaat, dat aangeeft wie welke belangen verdedigt. Wij zijn een onafhankelijke denktank en schrijven ons niet in een filosofie van belangenverdedigers. Ik zie niet in waarom de Commissie naast dat lobbyregister geen register opstelt voor onafhankelijke denktanks.”


De 9/11 denktanks

Er kwamen veel denktanks bij na Nine Eleven. Dat was geen toeval. Er werd een Europese terreurbestrijding op poten gezet. Die heeft direct raakvlakken met actuele, polariserende nieuwsonderwerpen – integratie, immigratie, religie, Irak, defensie-uitgaven, Guantanamo. Ineens begonnen clubs met neutraal klinkende namen als Transatlantic Center, Globalisation Institute, of Amigo Society lezingen en debatten te organiseren. Tegelijkertijd begon de veldslag tussen voorstanders van een sociaal Europa en de neoliberalen. Dat leidde tot nog meer denktanks, nu op economisch gebied.

Stephen Boucher, een Britse Fransman, schreef in 2005 als eerste een rapport over deze denktanks – in opdracht van Notre Europe, ook een denktank (van voormalig Commissievoorzitter Jacques Delors in Parijs).
Boucher: “Brusselse denktanks worstelen met een moeilijke taak: ze moeten opvallen met frisse meningen, die tegelijkertijd gematigd en uitvoerbaar moeten zijn. Brussel is de stad van het compromis. Amerikaanse denktanks kunnen invloed hebben met the next big idea. Hoe uitgesprokener, hoe beter. Maar in Brussel prijs je jezelf daarmee juist uit de markt.”

NGO (niet-gouvernementele organisaties)

Strikt genomen lobbyen de NGO’s ook, maar zij hebben veel minder mensen en middelen.
Wij doken met Nina Holland en Olivier Hoedeman, twee medewerkers van CEO (Corporate Europe Observatory, dat het lobbywerk in het oog houdt), in de wereld van de klimaat- en energielobby.
"In de jaren 1990 concentreerde de klimaat- en energielobby zich op het in twijfel trekken van de klimaatverandering," zegt Hoedeman. "Nu hebben ze het geweer van schouder veranderd en concentreren ze zich op het afzwakken van op stapel staande wetgeving, of ze proberen die op de lange baan te schuiven." En profetisch voegt hij eraan toe: "Wij verwachten alleszins geen nieuw klimaatakkoord in Kopenhagen."
"In de jaren 1990, na de ondertekening van het Verdrag van Maastricht, is het aantal lobbyisten exponentieel gestegen," zegt Holland. "De meesten van hen concentreren zich op de Europese Commissie, maar nu het Europese parlement door de recente hervormingen aan invloed wint, zie je ook daar meer en meer lobbyis­ten opduiken."
In dit alles zijn de NGO’s ondervertegenwoordigd: zij maken maar vijf à tien procent uit van het totale aantal lobbyisten. Bij een milieuwet kan het zijn dat er één ngo-lobbyist aanwezig is, tegenover twintig lobbyisten uit het bedrijfsleven. 

Onze ‘democratie’ is gekocht en betaald.

Achter de façade van democratie bevinden zich de informele groepen en organisaties die de wereldagenda in werkelijkheid bepalen. Of het nu het achterkamertje is van de golf & country club, de besloten vergaderingen van de ongekozen Europese Raad van Ministers of de Bilderberg groep: dáár neemt men de werkelijke besluiten. Nog een laag dieper dan deze on- en dikwijls antidemocratische groeperingen – echte zeggenschap, laat staan macht van het volk vinden de elitaire leden ongewenst – bevinden zich de wereldgrootmeesters; de vertegenwoordigers van de corporaties, het Grote Geld en hun eigenaren, welke laatsten uiteindelijk de dienst uitmaken volgens het aloude dictum: “Wie betaalt, bepaalt.”

Waar zitten de Europese lobbyisten?

We maken samen met het CEO-duo een wandeling door de Europese Wijk en verder.

Schumanplein 
Onze eerste halte: Rond Point Schuman. Het hart van de EU, en daarmee ook het hart van het lobbynetwerk in Brussel. Vastgoedreus King Sturge heeft op nummer 6 drie kantoren te huur staan, van elk ongeveer duizend vierkante meter. U kunt als beginnend lobbyist maar beter niet met een lege portefeuille arriveren, want de jaarlijkse huurprijs van zo'n optrekje bedraagt grosso modo twee miljoen euro per jaar.

Op nummer 11 van het Schumanplein vinden we de kantoren van British Petroleum (BP). "BP is zeer actief en is een van de meest invloedrijke bedrijven," zegt Hoedeman. "Zij hebben stevig de hand gehad in het systeem van handel in emissierechten. Dat systeem is eerst op poten gezet in Engeland, en de Britse regering heeft er daarna met succes mee geleurd in de EU. De regeling is uitgeschreven op het Britse ministerie van Milieu door onder meer Margaret Mogford, de vrouw van BP-bonze John Mogford. De embryo­nale versie van het systeem werd door BP zelf voor intern gebruik ontwikkeld en gold als alternatief voor een CO2-belasting. Hun recente werk, en dat van andere energiebedrijven, gaat om het verkrijgen van gratis emissierechten (net als GDFSuez in België), waar ze grof geld aan hebben verdiend zonder een tegenprestatie te hoeven leveren."
Ook op nummer 11 vinden we de International Emissions Trading Association (IETA), een vereniging van emissierechtenhandelaren. Zij tellen vooral banken onder hun clientèle. Fortis Bank heeft bijvoorbeeld een grote afdeling emissierechtenhandelaren.
Kortenberglaan 
Tot voor kort het epicentrum van het hele lobbygebeuren. Op nummer 60: de kantoren van BASF, the world's leading chemical company, zoals ze zichzelf noemen. De chemische industrie is goed vertegenwoordigd in Brussel.
Ver van het Europese centrum, in de Edmond Van Nieuwenhuyselaan in Oudergem, zit de European Chemical Industry Council (Cefic), een lobbygroep die de chemische industrie vertegenwoordigt. Met een geschatte jaarlijkse omzet van om en bij de 40 miljoen euro zijn ze volgens CEO de grootste actieve lobbygroep in Brussel. Nochtans, wie een blik werpt op het register van belangenvertegenwoordigers van de Europese Commissie, zal zien dat Cefic in het boekjaar 2009 naar eigen zeggen 'slechts' vier miljoen euro uitgeeft aan belangenvertegenwoordiging.
Hoe de organisatie een maand voor het einde van het jaar al exact weet hoeveel ze aan dit onderwerp uitgeeft, is ons een raadsel. "Oorspronkelijk gaf Cefic in het register een bedrag van maar 50.000 euro op," zegt Holland. "Belachelijk laag. Ze zijn daarvoor twee maanden geschorst. Een uitzonderlijke maatregel, want over het algemeen wordt er laks omgesprongen met lobbygroepen die foute informatie in het register zetten."
Het register van belangenvertegenwoordigers is een initiatief van de Europese Commissie om meer transparantie in de nogal duistere lobbywereld te brengen. Op 28 oktober trommelde Siim Kallas, de Europese commissaris voor Adminis­tratieve Zaken, de pers op om te vertellen dat al meer dan tweeduizend groepen zich geregistreerd hadden en de erbij horende gedragscode aannamen. Toch erkende Kallas dat er nog werk aan de winkel is: advocatenkantoren verschuilen zich nog achter het vertrouwelijkheidprincipe om zich niet te registreren, en de financiële informatie op het register is dikwijls onvolledig. Volgens CEO is de achilleshiel van het systeem het feit dat inschrijven niet verplicht is.
Breydelstraat
In het statige koetshuis op nummer 42 huist de firma GPlus Europe. Het kindje van Peter Guilford, een lobbyist met een typisch carrièreverloop. Hij begon als journalist voor de Britse krant The Times, maar ging daarna aan de slag bij de Europese instellingen. Hij werkte onder meer een tijdje op de persdienst van toenmalig commissievoorzitter Romano Prodi. 
Veel lobbyisten komen overigens van de kabinetten van het Europees parlement of de Europese Commissie. In 2000 trok Guilford daar de deur achter zich dicht en richtte hij GPlus op. En met succes: wat begon als een tweemansfirma, stelt nu bijna zestig mensen te werk. Volgens CEO specialiseert Guilford zich in cliën­ten met imagoschade. Zo verzorgde GPlus de Europese communicatie van Rusland ten tijde van de Russisch-Georgische oorlog in augustus 2008 en voerde de firma het woord voor het Russische energiebedrijf Gazprom.
Leopoldpark
De Bibliothèque Solvay in het Leopoldpark biedt onderdak aan verschillende Europese denktanks. Zo ook aan Friends of Europe, een denktank onder leiding van Giles Merritt en met Étienne Davignon als voorzitter. Ook koninklijk opdrachthouder Jean-Luc Dehaene, met zijn zeer uitgebreide Europese adresboekje, zit in het presidium. 
Toen Europees commissaris Siim Kallas de denktanks vorig jaar opriep zich te laten registreren als lobbygroepen, kreeg hij een boze reactie van Friends of Europe. Secretaris-generaal Merritt zei toen dat onafhankelijke denktanks niet thuishoorden in het register. Toch zien we tussen de partners van Friends of Europe namen als Total, ExxonMobil, GDFSuez en Dow Chemical opduiken. Voorzitter Davignon zit ook in het directiecomité van de energiereus GDFSuez en de Bilderberg groep. 
Wiertzstraat 
Thuis van het Europees parlement, en dus ook van enkele lobbygroepen. De lobbyisten planten er ook een boompje (foto) om het imago van hun beroep te verbeteren. 
Op nummer 50 zit de internationale luchtvaartorganisatie IATA. "Een groep die vooral de indruk wil wekken dat ze heel hard met het klimaatprobleem bezig is en die haar eigen impact op het milieu minimaliseert," zegt Hoedeman. "Zij beweren dat de luchtvaart verantwoordelijk is voor amper twee procent van de globale CO2-uitstoot. Maar dat cijfer stamt wel uit 1992. In werkelijkheid zitten ze tussen de vier en negen procent. Daarnaast lobbyen ze ook actief om de luchtvaart uit de greep van de regelgevers te houden."
Het gebouw, vlak naast het Europees parlement, geldt al langer als een uitvalsbasis voor lobbyisten. "Midden jaren 1990 dook hier de denktank International Council for Capital Formation (ICCF) op," zegt Holland. "Zij zetten vraagtekens bij het Kyoto protocol en pleitten ervoor om de markt de problemen te laten oplossen. Daartoe organiseerden ze debatten en seminaries. Na wat onderzoek bleek dat er enkel een postbus op dit adres stond, er was geen kantoor. De geldschieters waren enkele Amerikaanse oliebedrijven die zo de illusie van een 'Europees' initiatief wilden wekken om hun agenda bij de EU door te drukken. Lobbygroepen maken wel vaker gebruik van dummy corporations om hun ware gezicht te verbergen."
Luxemburgstraat en -plein
De nieuwe hotspot in lobbyland. Nu het Europees parlement aan belang wint, verhuizen meer en meer lobbyisten naar deze locatie. Op de terrasjes en in de cafés op het Luxemburgplein treffen de parlementsleden en lobbyisten elkaar, ook al is dat niet de bedoeling. 
Zo engageerden de Nederlandse Europarlementsleden Thijs Bermans (PvdA), Judith Sargentini (GroenLinks), Dennis de Jong (SP) en Natasja Oerlemans (PvdD) zich ertoe om niet met niet-geregistreerde belangenverenigingen te praten tijdens hun zit in Brussel. Maar aan de bar in een café van het Luxemburgplein is zoiets nagenoeg onmogelijk. Zo constateerde het Ierse Europarlementslid Avril Doyle dat ze in één jaar tijd te maken kreeg met niet minder dan 168 verschillende belangengroepen. En die groepen proberen allemaal te wegen op de wetgeving.
"Het chaotische besluitvormingsproces van de EU biedt heel wat kansen aan lobbygroepen om dat proces te beïnvloeden," zegt Hoedeman. "Op wetsvoorstellen in het Europees parlement kunnen naar hartenlust amendementen worden ingediend. Lobbygroepen schrijven zelf veel voorstellen tot amendement en sturen die dan naar de parlementsleden in de hoop dat ze die indienen. We schatten dat ongeveer een derde van de ingediende amendementen uit de lobbyhoek komt."

Worst EU lobby awards

De pogingen vanuit de zakenwereld om Europese actie te ondermijnen op het vlak van klimaatbeleid en regulering van financiën worden aan het licht gebracht met de lancering van de 'Worst EU Lobbying Awards 2010'. Imperialistische invloed op regeringen verhindert de broodnodige maatregelen om de huidige financiële en ecologische crisissen aan te pakken.

En... de genomineerden zijn:


In de categorie Klimaat, genomineerd met ondersteuning van: Climate Action Network Europe, Oxfam en World Development Movement:

Business Europe: genomineerd voor het agressieve lobbyen om een effectief klimaatbeleid te blokkeren terwijl ze beweren klimaatactie te steunen.
Arcelor Mittal: monopolist van de staalindustrie, genomineerd voor het lobbyen op CO2-reducties onder het Emissions Trading Scheme (ETS) en profiteren van de gratis ETS emissierechten.
RWE: genomineerd voor groen beweren te zijn terwijl het energiebedrijf lobbyt om de vervuilende kolen- en oliegestookte centrales open te houden.
 

In de categorie Financiën, genomineerd met ondersteuning van: ATTAC Network, World Development Movement:

Royal Bank of Scotland: genomineerd voor het geheime lobbywerk in Brussel en om het misbruiken van insider contacten door voormalig EU-commissaris Günter Verheugen als adviseur in te schakelen.
Goldman Sachs en afgeleide lobby groep ISDA: genomineerd voor het agressieve lobbywerk om hun “financiële massavernietigingswapens” te verdedigen.  
Hedge fund en private vermogens lobbygroepen AIMA en EVCA: genomineerd voor misleidend lobbywerk om regulatie te blokkeren van schadelijke speculaties in de financiële sector.Voor meer informatie, ga naar: http://www.worstlobby.eu/

De Vlaamse denktanks

We beginnen met de politieke partijen. De eerste Belgische politieke denktanks ontstonden in de liberale milieus, in de vrijmetselaarskringen om specifiek te zijn. De loges brachten mensen samen met de bedoeling snel en efficiënt beslissingen te nemen op hoog niveau en buiten het normale circuit van de democratische participatie. Tegenwoordig zijn de vrijmetselaars niet meer synoniem met geheime genootschappen.
Sinds enkele jaren is er een wildgroei van denktanks. Ook de Vlaamse politieke partijen doen eraan mee, maar hun invloed op nationaal niveau is beperkt. De grote spelers werken in Brussel. CD&V heeft een lange traditie van lokaal lobbywerk omdat dit land nu eenmaal doordrenkt is van de christelijke gedachte die zijn tentakels naar alle regionen uitstrekt. SP.a kan, om deontologische redenen, minder goed met lobbyen omgaan.
De mission statements van de denktanks munten uit in onduidelijkheid, ook taalkundig rammelen ze nogal. Hun doestellingen zijn vaag en we weten eigenlijk weinig of niets over hun lobbywerk. Ze hanteren het begrip ‘onafhankelijk’ te pas en te onpas.
Vlaanderen is niet gelijk aan het Amerika van de corporations. Wij hebben geen tycoons die in de wandelgangen van de Wetstraat thuis zijn. Mogelijk zijn de meeste echte denktanks, de soort die de wetontwerpen omsmeden om die door de parlementaire fractie te laten goedkeuren. Lobbyen kan natuurlijk ook en dat gebeurt dan op z’n Belgisch, in een goed restaurant. Over smeergeld praten we nu niet; dat is voor een volgende bijdrage.
Dit is een klein land, en nog een kleinere Europese regio. Het zou zinniger zijn om één denktank op te richten waar alle partijen en belangengroepen samen uitzoeken wat belangrijk is voor het land. Ofwel samenwerken in het grote verband van Vlaanderen In Actie. Maar we zijn kennelijk zo erg gewend geraakt aan versnippering dat we daar niet meer aan denken.
De grote partijen hebben meerdere denktanks, naargelang de noodzaak en ze beschikken daarvoor over ruime budgetten. Ook op lokaal politiek niveau opereren denktanks. Ze opereren intern, binnen het partijlokaal, en tussen pot en pint. We zouden ze hier eerder met de oude benaming ‘werkgroepen’ noemen.
We zullen we ons tot enkele beperken die opvallen.

De politieke tanks

Libera!

Een Vlaamse consequent-liberale denktank samengesteld uit drie ex-denktanks, Cassandra, Nova Civitas en WorkForAll.  Zij is onafhankelijk, niet partijgebonden en dient geen andere agenda dan het verdedigen van gemeenschappelijke waarden, over partijgrenzen heen.
“Wij geloven dat het principe van een open markt bevrijdend is, egaliteit bevordert en welvaart schept. Open markten maken de weg vrij voor de kracht van het individu.
Rechtlijnig liberalisme betekent ook streven naar ‘open markten’ op politiek en maatschappelijk vlak. Laat ideologieën zo vrij mogelijk met elkaar in debat gaan en het is de burger die uiteindelijk beslist. Hij betaalt en is tenslotte consument van het politieke gebeuren. Uitsluiting en allerlei vormen van maatschappelijk protectionisme verstoren een faire competitie. Vrijheid van meningsuiting is daarom essentieel. We geloven in de kracht van mensen; als individu én als vrijwillig toegetreden lid van een groter geheel. We geloven daarom niet dat een overtuigde Vlaamse identiteit haaks staat op het liberalisme. Streven naar directe democratie is tenslotte geen utopie maar de volgende logische stap: wie écht gelooft in de burger stelt hem of haar zo weinig mogelijk beperkingen.”
De raad wordt voorgezeten door Prof. Boudewijn Bouckaert, ex- voorzitter van Cassandra en Vlaams volkvertegenwoordiger. Bestuursleden zijn Kristof Van der Cruysse (voorzitter en ex-Cassandra secretaris), Werner Niemegeers (ex- voorzitter Nova Civitas), Eric Verhulst (ex-voorzitter WorkForAll), Frans Crols (ex-hoofdredacteur Trends), Geert François, Geert Wittemans, Manuel Dierickx Visschers en Vincent De Roeck. Rob Lemeire neemt de verantwoordelijkheid op voor het Uitvoerend Comité, waar Wim Delvaux lid van is.

Nova Civitas

Hoewel opgenomen in een groter geheel is het toch de moeite waard om de eigen doelstellingen te vernoemen.
Ze werd in 1993 is opgericht naar aanleiding van de verruimingsoperatie van de Vlaamse liberale partij waarbij de toenmalige PVV werd herdoopt tot VLD. Nova Civitas is niet te verwarren met de gelijknamige Nederlandse denktank.
Nova Civitas staat naar eigen zeggen voor Vrijheid, Verantwoordelijkheid, Gezin, Vrij ondernemerschap, Herwaardering van de Rechtsstaat, Eerlijke Politiek, Vlaams Burgerschap in Europees Perspectief met het doel bij te dragen tot de kennis en het begrip van de idealen van persoonlijke en economische vrijheid.
Nova Civitas leunt sterk aan bij Lijst Dedecker (nu LDD) en in mindere mate bij de rechtervleugel van Open Vld, de Vlaamse liberalen, maar stelt zich tegelijk zeer kritisch op tegenover de voortdurende verruimings- en vernieuwingsbeweging in de partij. Deze tendens, die werd ingezet met de naamsverandering in 1993, heeft tot doel om van Open Vld een grote volkspartij te maken, maar had ook tot gevolg dat de Vlaamse liberalen meer naar het politieke centrum opschoven.
Nova Civitas is een vurig voorstander van het klassiek-liberalisme en zet zich af tegen wat het de ‘socialistische welvaartsstaatnoemt. In zijn afkeer van al wat progressief is en zijn streven naar het revaloriseren van een aantal klassieke waarden op ethisch, maatschappelijk en politiek vlak is Nova Civitas voor een aantal politieke thema's een objectieve bondgenoot van zowel de N-VA als van het Vlaams Belang.
Nova Civitas reikt jaarlijks de Prijs voor de Vrijheid uit die tot hiertoe werd uitgereikt aan de volgende personen :
2003 Luuk van Middelaar, filosoof.
2004 Ayaan Hirsi Ali, Nederlands Tweede Kamerlid.
2005 Matthias Storme, professor.
2006 Alain Destexhe, Belgisch senator.
2007 Derk Jan Eppink, journalist.
2008 Urbain Servranckx, alias Urbanus, komiek
2009 Mark Grammens, journalist
2010 Frits Bolkestein, Europoliticus
De lezing die de laureaat van de prijs houdt heet de Gustave de Molinari-lezing.
Een van de drijvende krachten achter Nova Civitas is Boudewijn Bouckaert, die tevens hoogleraar is aan de Universiteit van Gent (Vakgroep Grondslagen en Geschiedenis van het Recht). Tot de stichters behoren onder meer Lode Claes en Gerard Bodifée. Huidige, meer bekende bestuursleden zijn onder anderen prof. Marc Cools, Hugo Coveliers, oud-ambassadeur Theo Lansloot, prof. Marc Devos, oud-Belgadirecteur Rudi De Ceuster, ondernemer Rudi De Kerpel, oud-hoofdbestuurslid van de Vlaamse Volksbeweging Karl Drabbe en oud-CVP-senator Lisette Nelis-Van Liedekerke.

Liberales

Liberales is nog een onafhankelijke denktank binnen de liberale beweging.
“De leden zien het liberalisme als een progressieve beweging die opkomt voor de vrijheid van het individu, rechtvaardigheid en mensenrechten. Liberales zet zich af tegen het bekrompen conservatisme op sociaaleconomisch, ecologisch en ethisch vlak van de verzuilde partijen en structuren. De leden geloven in de kracht, de eigenheid en de zelfontplooiing van de mens om als ontvoogd individu zijn verantwoordelijkheid op te nemen in de samenleving. Opdat ieder individu in staat zou zijn dit te doen, dienen wij ernaar te streven dat er zoveel mogelijk gelijke startkansen zijn. Vrijheid en solidariteit zijn voor ons perfect te combineren. Een conflict tussen beide ontstaat alleen wanneer de samenleving als een op zichzelf bestaand iets naast en dan meestal boven het individu wordt gesteld. Solidariteit vergt een investering van de mens in de samenleving en het opnemen van zijn verantwoordelijkheid tegenover de medemens.”
Liberales richt zich tot iedereen die gelooft in de vrijheid, openheid en creativiteit van de mens als motor voor meer welvaart en welzijn.
Dit is een intellectuele denktank met heel wat liberale universitairen erin. Onder de leden ook veel LDD ex-leden.

Oikos

De politieke partij Groen! doet een serieuze inspanning om een deel van haar werkingsmiddelen vrij te maken voor deze onafhankelijke denktank. De ambitie is duidelijk: de Vlaamse maatschappij groener kleuren.
Groen! voorzitter Wouter Van Besien is in zijn nopjes: "Als politieke partij met een coherent, toekomstgericht en haalbaar maatschappelijk alternatief willen we ons politiek gewicht doen toenemen. Wij hebben oplossingen voor de uitdagingen van vandaag en die willen we uitvoeren. Groen! wil hiervoor investeren in de uitdieping van het groene verhaal en dit, verhaal meer en meer vertalen naar concrete antwoorden op hedendaagse problemen van de burger, in Vlaanderen maar ook daarbuiten. De groene denktank OIKOS ondersteunen past in dit verhaal."
Groen! zal jaarlijks 153 800 euro, en dit vijf jaar lang, uit haar mediabudget vrijmaken om te investeren in de groene denktank. De impact van media-acties is immers enorm tijdsgebonden en punctueel. Door een deel van dit budget te investeren in een denktank die als doel heeft het groene verhaal uit te diepen en maatschappelijk te verankeren, hoopt de partij de groene onderstroom in de maatschappij te voeden.

Het denktanken lijkt zich voorals te beperken tot de redactie van het Oikos-tijdschrift, waarvan Dirk Holemans de hoofdredacteur is.

De Paviagroep

is een bijzonder beestje, in vergelijking met de partijpolitieke denktanks. Ze beperkt zich namelijk tot één zaak die ze nastreeft: een federale kieskring. Daarom vinden we voor Pavia graag de term ‘one issue think tank’ uit. Met een uitgebalanceerd voorstel (o.a.: van de huidige 150 Kamerzetels zouden er 15 federaal verdeeld worden, 135 via provinciale kieskringen) hoopt de groep voldoende partijen/politici ervan te overtuigen dat een hervorming van de kieskring noodzakelijk is voor het functioneren van het land.
Pavia bestaat uit Belgen van beide kanten van de taalgrens en bedient zich dan ook van een mooi tweetalige website. Ook hier heel wat universitairen van alle strekkingen.

Rethinking Belgium

Nog zo een die zich over de Belgische kwestie buigt. Historicus Bruno De Wever, de broer van N-VA kopstuk Bart, meent dat de Engelse taal een belangrijke rol kan gaan spelen in welbepaalde domeinen zoals de federale politiek. Dat blijkt uit een publicatie van de denktank Rethinking Belgium, die zich over de toekomst van het land buigt. De Wever wil met deze stelling tegen de groeiende overtuiging in Vlaanderen ingaan dat ons land op termijn in ieder geval uit elkaar zal vallen.
"Misschien kan het wel anders, als we de mogelijkheid openen van een gemeenschappelijke taal", klinkt het in de Corelio-kranten. "Vandaag zijn er geen gemeenschappelijke media meer en geen overkoepelende partijen."
De intrede van het Engels als lingua franca zou niet voor 2011 of voor de komende tien jaar zijn. "Zo'n evolutie zal langer duren."
De historicus verwijst naar het snel oprukken van de taal. Zo maakte de Vlaamse regering al mogelijk dat er in de masteropleidingen in Vlaanderen in het Engels les gegeven kan worden.
De core group bestaat uit universitairen van alle strekkingen. Hij beschikt over de mediakracht van de Vijver holding (de Corelia persgroep, De Standaard, Het Nieuwsblad, Humo, Passepartout), Woestijnvis, Radio Nostalgie, en wellicht ook eigen tv-zenders in de nabije toekomst.

Marnix van Sint-Aldegonde

De denktank van het Vlaams Belang, in 2005 opgericht in het huis van de vermoorde extreemrechtse Nederlander Pim Fortuyn, heeft als doelstelling het Nederlandstalig cultuurgoed in Europa te benadrukken. Houdt zich voornamelijk bezighouden met vreemdelingenzaken en integratie. Het is een Nederlands-Vlaams samenwerkingverband opgericht door het LPF-Kamerlid Nawijn en Filip de Winter.

VKW Metena

De denktank van de Christelijke Werkgeversbeweging. Wil zich ook al profileren als een onafhankelijke denktank. Ze is echter ontstaan in de schoot van het ondernemersplatform VKW, waarvan de spirituele basis ‘het christelijke erfgoed’ is – wat dan weer niet betekent dat ze niet open zouden staan voor andere spirituele inspiratiebronnen. 
Terwijl in eerste instantie de denktank sterk gericht was op macro-economische thema’s, besteedt ze nu meer aandacht aan persoonsgebonden en ethische kwesties. Ter ondersteuning van haar studiewerk maakt VKW Metena naar eigen zeggen maximaal werk van de uitbouw van een Vlaams, Belgisch en zelfs internationaal netwerk. De raad van bestuur bestaat uit Herman Van de Velde (voorzitter), Wouter De Geest (Gedelegeerd bestuurder BASF Antwerpen), An Goovaerts (Hoofdredacteur Trends), Bert Overlaet (Algemeen directeur personeel K.U.Leuven), Michel Soubry (Gedelegeerd bestuurder Soubry J. Etabl.), Peter Vanden Houte (Hoofdeconoom ING), Dirk Vandeputte (CEO Products bij Vandeputte Safety International te Bouchout), Antoon Vandeputte (Decaan Hoger Instituut voor de Wijsbegeerte, KU Leuven), Pascal Verdonck (Algemeen directeur AZ Middelares, Gent), Bart Wuyts (Directeur SPK, Turnhout), Jan Callebaut (Ceo Why5Research Belgium, Antwerpen).

De vakbondtanks

Het Hoger Instituut voor de Arbeid (HIVA)

De denktank van het ACV is  een samenwerkingsverband tussen de K.U.Leuven en de christelijke arbeidersbeweging.
Wij focussen op thema’s die van belang zijn voor een zorgzame, solidaire en duurzame wereld. Door wetenschappelijke kennis op te bouwen en toe te passen op maatschappelijk relevante onderwerpen willen we werken aan meer sociale rechtvaardigheid, meer participatie en gelijke kansen van alle burgers in deze samenleving. Wij werken actief samen met sociale organisaties, overheden, bedrijven en andere kenniscentra en vormen zo reeds meer dan 30 jaar een brug tussen wetenschap, beleid en praktijk, dichtbij en wereldwijd.”
Voorzitter is Patrick Develtere, voorzitter van het ACV en K.U.L hoogleraar. Ook de leden zijn hoogleraars. 

0808

Deze informele benaming van een SP.a denktank opgericht door ex-minister Bruno Tobback, heeft geen vaste leden of agenda. De bedoeling is te onderzoeken op hoe de partij moet evolueren na de forse verkiezingslaag van 2010. Voorzitter Caroline Gennez: 'Ik werk met een groepje mensen aan de vernieuwing van de partij, we denken na over de problemen die we moeten aanpakken om de werking te verbeteren. We willen een voorstel neerleggen, een aanbod om de partij beter te organiseren en structureren.” De hoofden die zich over de kwestie moeten buigen zijn o.a. Koen Pelleriaux, het hoofd van de studiedienst, John Crombez, de voormalige kabinetschef van vicepremiers Johan Vande Lanotte en minister Freya Van den Bossche.

De geldtanks

In de Warande

Deze prominente tank is ongeveer tien jaar geleden opgericht door René De Feyter, ex-voorzitter van het Vlaams Economisch Verbond (voorloper van het VOKA). De denkgroep buigt zich over diverse aspecten van de communautaire relaties binnen België en de weerslag ervan op de belangen van Vlaanderen (kapitaalsbelangen?). De belangrijkste verwezenlijking van de denkgroep is het Manifest voor een zelfstandig Vlaanderen in Europa, waarin wordt gepleit op basis van voornamelijk zakelijke overwegingen België te ontbinden in twee onafhankelijke staten met een aangepast statuut voor Brussel.Vandaag wordt deze club geleid door Remi Vermeiren, gewezen topman van de KBC Groep, een van de grootste financiële instellingen van België. Andere betrokkenen zijn: Herman De Bode (topman van McKinsey België), Manu Ruys (ex-hoofdredacteur van De Standaard), Frans Crols (directeur Trends ), baron Hugo Vandamme (commandeur in de Leopoldsorde, ex-topman van Barco én huidige voorzitter van de bestuursraad van Roularta Media Groep o.a. bekend van Trends en Knack), Eric Suy (een topdiplomaat, oud-adjunct-secretaris-generaal van de VN), Chris Morel (ex-baas van Alcatel), Johan Vandendriessche (afgevaardigd bestuurder van KPMG, een grote multinational in de financiële diensten), Wim Schamp (reclameman) en professoren zoals Juul Hannes (bekend van de studie die probeert te bewijzen dat er nooit één cent van Wallonië naar Vlaanderen is gegaan), Jef Vuchelen, Wilfried Dewachter, Bart Maddens en Matthias Storme (o.a. actief in Nova Civitas, de liberale denktank van Bouckaert die mensen uit het VB, de VLD, CD&V en N-VA verzamelt).

Itinera

Deze denktank vindt van zichzelf dat hij de eerste onafhankelijke denktank voor België en zijn regio's vertegenwoordigt. Hij wil ideeën aanreiken voor hervormingen die duurzame economische groei en sociale bescherming garanderen, en dit 'los van partijgrenzen, belangengroepen en taalgrens'. Itinera heeft meer dan twintig experts aangetrokken, van binnen- en buitenlandse universiteiten en onderzoekscentra en heeft kennelijk dus heel wat financiële reserves. Er is ook een raad van advies met mensen die actief zijn in verschillende gebieden  De denktank wordt gefinancierd door particulieren en bedrijven. Itinera houdt zich een missie voor: “Het aanreiken, verdedigen en bouwen van wegen voor beleidsvorming naar duurzame economische groei en sociale bescherming, voor België en zijn risico’s.”
Het instituut mag dan wel een missie hebben, maar wil zich niet als een Messias gedragen: haar rol bestaat er niet uit te lobbyen of bepaalde belangengroepen te verdedigen. Daartegenover staat dan wel de bewering ‘Vrijblijvend verkondigen volstaat niet. Wij denken niet alleen, wij doen ook. Wij praten met iedereen, maar staan in geen enkel kamp.’
Een zekere dubbelzinnigheid blijkt uit voorgaande. ‘Praten met iedereen’ kan zeer vrijblijvend zijn en allerminst dwingend, we gaan daarvan gemakshalve uit, maar het valt ook op te vatten als een lobbyen zonder exclusieven, een zeker pragmatisme.
Oprichters zijn de financiers (Christian Leysen, Bart Verhaeghe, Nicolas Saverijs) en de raad van advies (Luc Coene – voorzitter NBB, Etienne Davignon – voorzitter van de Bilderberg conferentie, Mark Eyskens (CV&D) - minister van staat, Maurice Lippens – bestuurder van vennootschappen, Luc Van den Bossche (ex-minister en socialistische vrijmetselaar). Ook componist Dirk Brossé en Woestijnvisbaas Wouter Vandenhaute bevinden zich onder de leden.
Onafhankelijkheid?

Econopolis

Dit advieskantoor profileert zich als business denktank. De missie is het vermogensbeheer van rijke families en institutionelen (‘Econowealth’), het aanreiken van inhoud voor nieuwe en oude media (‘Economedia’) én zal bedrijven en overheden financieel adviseren (‘Econostrategy’). Eén van de opdrachten die Econopolis tot de zijne mag rekenen, is het adviseren van de beheerders van de pensioenkas van de senatoren, ING en KBC. Dat fonds wordt door VUB-professor Herman Matthijs op 200 miljoen euro geschat. Voorzitter is Geert Wellens, voorheen uitgever bij Roularta. Hij stond aan de wieg van Mediafin, het bedrijf achter de krant De Tijd. Samen met Geert Noels (geldopiniemaker) richtte hij Econopolis op.

Why5Research

De stuwende kracht achter deze denktank is Jan Callebaut. Hij is een autoriteit in motivationeel onderzoek voor een aantal multinationals zoals Coca-Cola Atlanta, Unilever, Heineken, Inbev, Volvo, Friesland, Johnson & Johnson,… In België best gekend voor het strategisch werk dat hij voor VRT en Corelio heeft gedaan. Tijdens deze periode is het VRT marktaandeel gegroeid van 19% tot 40%.
Hij is ook betrokken in de non-profit sector, zoals: Plan International/Foster Parents Plan, Zebra (organisatie voor jonge verkeersslachtoffers), NFTE...


Lobby en media

Lobbyisten werken bij voorkeur achter de schermen en rechtstreeks met de personen die ze onder druk willen zetten. Als ze groots opgezette campagnes willen maken, zijn ze verplicht in het openbaar te treden. Daarbij bedienen ze zich van reclamebureaus en advertentiecampagnes (zie ook Vlaanderen in Actie). Maar hier wringt het schoentje. Het is, zowel in België als in Nederland, not done om de hoge hoed op te zetten. Dit stuit meteen op achterdocht en kan averechts werken. Niemand gelooft nog dat een paginagrote advertentie van een tabak- of energiebedrijf hun imago zal verbeteren. We gaan ons niet verdiepen in deze zaak. Laten de tv, kranten, opiniebladen en internet het maar onder elkaar uitvechten. We besluiten met een geleerde uitleg van de mediaguru, Noam Chomsky, over hoe de media gemanipuleerd worden. We veronderstellen dat dit ook wel in België het geval is, of zit eraan te komen (zie onze blogbijdragen over de MEDIA en NIEUWS IS GEEN NIEUWS).

Het propagandamodel van Edward S. Herman en Noam Chomsky is een model van de werking van westerse, met name Amerikaanse, massamedia als propaganda-instrument van de gevestigde orde. Het model probeert een antwoord te bieden op wat Chomsky het 'probleem van Orwell' heeft genoemd, naar analogie van het 'probleem van Plato'. Waar Plato zich afvroeg hoe het mogelijk is dat mensen zo veel weten (filosofie en wetenschap kunnen bedrijven) gegeven de weinige informatie die de zintuigen bieden, roept Orwell de omgekeerde vraag op: hoe komt het dat burgers van democratische landen zo slecht geïnformeerd zijn, terwijl er zo veel informatie beschikbaar is? Het korte antwoord luidt dat de media in de greep zijn van een kapitalistische staatsideologie; het propagandamodel verklaart vervolgens hoe deze ideologie gepropageerd wordt in een land als de VS, waar de nieuwskanalen niet in handen van de staat zijn zoals in totalitaire dictaturen, maar juist eigendom zijn van particuliere marktpartijen.
De vijf filters
Het propagandamodel gaat uit van een vijftal 'filters' die berichten, bronnen en opinies moeten passeren voordat ze nieuws zijn:
Grootte, eigendom en winstoogmerk van mediaconglomeraten
In de loop van anderhalve eeuw zijn mediakanalen steeds duurder geworden om te exploiteren: wie een krant, radio- of televisiestation wil opzetten moet een aanzienlijke hoeveelheid startkapitaal hebben om apparatuur (zoals drukpersen) aan te schaffen. Hoewel het aantal bedrijven in de sector groot is (Chomsky en Herman geven een schatting van 25000 in de VS, in 1986, wordt een groot deel van het nieuws uitgegeven door hooguit enkele tientallen grote netwerken die de lokale kanalen bedienen.
Vooral de grote conglomeraten, die vaak verschillende typen media bezitten en besturen, zijn volledig sterk geïntegreerd in het marktsysteem: door deregulering worden de belangen van banken en investeringsmaatschappijen (winst) belangrijker voor de besturen van mediabedrijven dan de regels van de journalistiek.
Daarnaast wijzen Herman en Chomsky op een verstrengeling van media en overheid: bedrijven hebben belang bij gunstige belasting- en arbeidswetgeving. Technologiefirma's als General Electric (eigenaar van NBC) en Westinghouse (kabelnetwerk Group W) hebben een belang bij een klimaat waarin hun militaire technologie verkocht kan worden. Ook de financiering van rechtse denktanks als het American Enterprise Institute door GE moet in dit licht gezien worden.
Adverteerdersbelangen
Marktpartijen moeten iets te verkopen hebben. Hoewel het voor de hand ligt om te denken dat media nieuws verkopen aan nieuwsconsumenten, is dit volgens Herman en Chomsky al lang niet meer het geval. In plaats daarvan stellen zij dat media primair lezers/consumenten verkopen aan adverteerders; al sinds de 19e eeuw is de advertentieomzet van kranten in opkomst, relatief tot de omzet behaald door verkoop van de oplage.
Hierdoor hebben media met een welvarend, upper class lezerspubliek een voordeel gehad boven media die vooral de lagere sociale klassen bedienen, in de vorm van lagere verkoopprijzen en een groter budget voor promotie. Herman en Chomsky wijzen op de ondergang van verschillende sociaaldemocratische kranten in het Verenigd Koninkrijk kort na WO II: de Daily Herald, News Chronicle en Sunday Citizen, met een gezamenlijk dagelijks leespubliek van 9,3 miljoen mensen, gingen alle drie in de jaren '60 ten onder, terwijl alleen al de Daily Herald in zijn laatste jaar een groter publiek bediende dan Times, Financial Times en Guardian samen. Slechte electorale resultaten voor Labour volgden.
Informatiebronnen
Bij de selectie van nieuwsbronnen moeten massamedia selectief te werk gaan: verslaggevers worden daar gestationeerd waar nieuws en informatie waarschijnlijk verschijnt, zoals bij overheidorganen en bedrijven die regelmatig persconferenties organiseren. Dergelijke professionele bureaucratieën verschaffen bovendien de gewenste schijn van betrouwbaarheid die duur journalistiek onderzoek overbodig maakt. Met hun enorme budgetten bieden ze voorzieningen aan journalisten die de laatsten liever niet kwijtraken; daarom zal niet al hun 'nieuws' even nauwkeurig gecheckt worden.
Flak
Flak ("luchtafweergeschut) wordt door Herman en Chomsky gedefinieerd als 'negatieve reacties op een uitspraak of programma in de media'. Het kan verwijzen naar afkeuring van berichtgeving en opinie door commentators, briefschrijvers, polemisten etc. De macht past op verschillende manieren grootschalige, georganiseerde flak toe: brieven/telefoontjes van hoge functionarissen naar redacties/directies (de directe manier) dan wel klachten tegenover aandeelhouders/werknemers, financiering van rechtse media watchdogs en denktanks, enz. (indirecte manieren).
Herman en Chomsky geven verschillende voorbeelden van instituten die volgens hen specifiek bedoeld zijn om flak te produceren, opgericht vanuit het grote bedrijfsleven (o.a. Freedom House).
Anticommunisme als nationale ideologie
De anticommunistische ideologie van de Verenigde Staten vormt het laatste filter. Dit is vooral sterk bij de berichtgeving over Amerikaans buitenlands beleid; bij een aanval van of inmenging door de VS in een ander land wordt de vijand door officiële bronnen als communistisch gebrandmerkt, zodat ook iedereen die (om welke reden dan ook) het beleid kritiseert als communist, communistenvriend of ten minste soft on communism kan worden weggezet.
Met het einde van de Koude Oorlog is de 'dreiging' van communisme verdwenen en heeft het anticommunisme als nationale ideologie afgedaan. Volgens Herman is een 'welhaast religieus geloof' in de markteconomie sindsdien echter zo sterk geïnternaliseerd door de journalistiek dat het dezelfde ideologische rol vervult als het anticommunisme eerder: zowel de ineenstorting van de Sovjet-Unie als de problemen waar het kapitalistische Rusland in de jaren '90 mee kampte worden geweten aan een gebrek aan marktwerking.
Complottheorie
Verschillende commentatoren hebben het propagandamodel vergeleken met complottheorieën. Herman en Chomsky voorzagen deze kritiek en maken expliciet dat er geen sprake is van een complot, maar slechts van de uitwerking van het marktsysteem. Volgens Chomsky gaat zijn en Hermans werk net zozeer over complotten als 'een onderzoek naar GM waarin gesuggereerd wordt dat de leiding van het bedrijf winst en marktaandeel tracht te maximaliseren'.
Eat your heart out, Wouter Vandenhaute. 

Je kunt deze bijdrage ook downloaden en afdrukken op ons forum

Geef je mening op het forum van de Hartenvreter.